NL
27
6.3 Plaatsing van de flensen bij gebruik van
slijpschijfen en snijschijven (afb. 6-9)
Plaatsing van de flensen bij gebruik van een
gebogen of rechte slijpschijf (afb. 7)
a) Spanflens
b) Flensmoer
Plaatsing van de flensen bij gebruik van een
gebogen snijschijf (afb. 8)
a) Spanflens
b) Flensmoer
Plaatsing van de flensen bij gebruik van een
rechte snijschijf (afb. 9)
a) Spanflens
b) Flensmoer
6.4 MOTOR
De motor moet tijdens de bewerking goed verlucht
worden. Daarom moeten de verluchtingsopeningen
altijd schoon gehouden worden.
6.5 SLIJPSCHIJVEN
De slijp- of snijschijf mag nooit groter zijn dan de
voorgeschreven diameter.
Controleer vóór het gebruik van de slijp- of
snijschijf haar aangeduid toerental.
Het toegestane toerental van het
inzetgereedschap moet tenminste even hoog zijn
als het maximumtoerental vermeld op het
elektrische gereedschap.
Gebruik enkel slijp- of
snijschijven die toegelaten zijn voor een
minimum toerental van 11000 min
-1
en voor een
omtreksnelheid van 80 m/sec.
Let bij gebruik van diamantsnijschijven op de
draairichting. De draairichtingspijl op de
diamantsnijschijf moet overeenkomen met de
richtingspijl op het gereedschap.
Let vooral bij de slijplichamen op een behoorlijke
berging en transport. Stel de slijplichamen nooit bloot
aan stoten, schokken of scherpe kanten (b.v. tijdens
het transport of bij het opbergen in een
gereedschapskist). Daardoor zou schade aan de
slijplichamen, zoals b.v. barstjes, kunnen worden
berokkend en de gebruiker in gevaar kunnen worden
gebracht.
6.6 WERKWIJZE
6.6.1 Schrobslijpen
Let op! De beschermkap voor het slijpen
gebruiken
(bij de leveringsomvang begrepen).
Het best resultaat bij het schrobslijpen word bereikt
als U de slijpschijf in een hoek van 30° tot 40° ten
opzichte van het slijpvlak aanzet en gelijkmatig over
het werkstuk heen en weer beweegt.
6.6.2 Snijslijpen
Let op! De beschermkap voor het doorslijpen
gebruiken
(als accessoire verkrijgbaar, zie 8.4).
Bij het snijden de haakse slijper niet in het snijvlak
kantelen. De snijschijf moet een intacte snijrand
hebben.
Voor het snijden van hard gesteente gebruikt U het
best een diamant-snijschijf.
Asbest-houdende materialen mogen niet
bewerkt worden!
Gebruik nooit snijschijven voor het grof
slijpen.
7. Vervanging van de
netaansluitleiding
Als de netaansluitleiding van dit apparaat
beschadigd wordt, dan moet hij door de fabrikant of
diens klantendienst of door een gelijkwaardig
gekwalificeerde persoon vervangen worden, om
gevaren te vermijden.
8. Reiniging, onderhoud en bestellen
van wisselstukken
Trek vóór alle schoonmaakwerkzaamheden de
netstekker uit het stopcontact.
8.1 Reiniging
Hou de veiligheidsinrichtingen, de
ventilatiespleten en het motorhuis zo veel
mogelijk vrij van stof en vuil. Wrijf het toestel met
een schone doek af of blaas het met perslucht bij
lage druk schoon.
Het is aan te bevelen het toestel direct na elk
gebruik te reinigen.
Reinig het toestel regelmatig met een vochtige
doek en wat zachte zeep. Gebruik geen
reinigings- of oplosmiddelen; die zouden de
kunststofcomponenten van het toestel kunnen
aantasten. Let er goed op dat geen water in het
toestel terechtkomt.
8.2 Koolborstels
Bij bovenmatige vonkvorming laat u de
koolborstels door een bekwame elektricien
nazien.
Let op! De koolborstels mogen enkel door een
bekwame elektricien worden vervangen.
Anleitung_E_WS_600_SPK7:_ 13.10.2010 9:47 Uhr Seite 27