56
NL
BE
1. Neem desgevallend de accu (13) uit het
apparaat.
2. Schuif de accu (13) in de laadschacht
van de lader (14).
3. Sluit de lader (14) aan op een stopcon-
tact.
4. Na het laden, koppelt u de lader (14)
los van het elektriciteitsnet.
5. Trek de accu (13) uit de lader (14).
Bediening
Let op: letselgevaar!
Controleer voor elk gebruik
of het apparaat functioneert.
Draag bij de werkzaamhe-
den met het apparaat steeds
een veiligheidsbril.
Verwij der de accu uit het ap-
paraat voordat u aan het ap-
paraat werkt. Er bestaat een
risico op verwondingen.
Let op geluidsoverlast en plaatse-
lij ke voorschriften.
Aan- en uitschakelen
1. Plaats evt. de accu (13) in het apparaat
(zie „Accu plaatsen/verwij deren“).
2. Om in te schakelen, activeert u de met
de duim de inschakelblokkering (3)
en u drukt u dan de schakelaar “Aan/
uit” (2) in. Laat de inschakelblokkering
terug los.
3. Om uit te schakelen, laat u de schake-
laar “Aan/uit” (2) los. Een schakeling
bij continue werking is niet mogelij k.
Nadat het apparaat is uitgescha-
keld, draait de borstel nog enkele
seconden verder. Handen en voeten
uit de buurt houden.
De aan/uit schakelaar mag
niet worden vastgezet. Is
de schakelaar beschadigd,
dan mag niet meer worden
gewerkt met het apparaat.
Risico op verwondingen als
na het loslaten van de aan/
uit schakelaar de motor niet
wordt uitgeschakeld.
Instellingen op het apparaat
Lengte instellen:
De telescopische stang laat u toe het appa-
raat in te stellen rekening houdend met uw
persoonlij ke lengte.
Draai de schroefhuls voor de verstelling in
de lengte (5) los. Schuif de telescopische
stang (6) uit tot de gewenste lengte en
schroef de schroefhuls voor de verstelling
in de lengte (5) opnieuw vast.
Werkinstructies
Let op: letselgevaar!
• Controleer de borstel voor het gebruik
ervan. Gebruik geen beschadigde
borstels. Vervang een beschadigde of
versleten borstel.
• Gebruik uitsluitend originele borstels.
• Werk niet als het regent of de onder-
grond nat is. Er bestaat het risico op
een elektrische schok.
• Werk op een helling steeds in dwars-
richting.
• Vermij d de aanraking van vaste hinder-
nissen (stenen, muren, houten omhei-
ningen enz.) zodat het apparaat niet
wordt beschadigd.
• Schakel het apparaat uit wanneer
u pauzeert en voor het transport en
wacht tot de borstel tot stilstand is ge-
komen.