5
een luchttemperatuur 15 °C
~
+25 °C. Voor optimale verwarming de
hydraulische leidingen tussen het zwembad en de verwarmingspomp isoleren.
Gebruik een passende afdekking voor het zwembad als de verwarmingspomp in
werking is.
Indien het hydraulische circuit tussen het zwembad en het apparaat een lengte heeft van
meer dan 10 mtr kan de efficiëntie van de verwarming verminderen.
5. INSTALLEREN
Deze verwarmingspomp moet geïnstalleerd worden door een professionele
installateur. De eindgebruiker is niet gekwalificeerd om een dergelijke installatie
zelf uit te voeren omdat dit risico op schade aan het apparaat of een veiligheidsrisico
voor de gebruiker kan opleveren.
-
De warmtepomp moet buiten worden geïnstalleerd. Hij mag niet binnenworden
geïnstalleerd en moet minimaal 3,5 [m] van het zwembadoppervlak liggen
-
De verwarmingspomp moet in een goed geventileerde ruimte worden geïnstalleerd.
-
D e k a s t v an d e p o mp moet op een betonnen basis bevestigd worden met moeren
(M10) of hoekijzers. De betonnen fundering moet stabiel en solide zijn, de hoekijzers
moeten met een antiroestmiddel worden behandeld. Het funderingsoppervlak moet iets
worden gekanteld om ervoor te zorgen dat regenwater en condens goed worden
afgevoerd van de bodem van het apparaat. De helling van het funderingsoppervlak
mag maximaal 2% zijn.
-
Zorg dat de ventilatieopeningen niet verstopt zijn, de lucht moet vrij kunnen
circuleren. Er moet minstens 50 cm vrije ruimte zijn rond het apparaat, minder
ruimte kan leiden tot efficiëntieverlies of stoppen van het apparaat.
-
Het apparaat vereist het gebruik van een extra pomp (door de gebruiker voorzien).
-
Als het apparaat in werking is, komt aan de onderkant condens vrij. Plaats het
afvoeraccessoire in de opening en clip dit correct vast. Bevestig hieraan een slang om
de condens af te voeren.
-
Zorg dat de warmtepomp niet blootstaat aan regenwaterstromen van gebouwen in