Optelec
ClearNote
Nederlands
Pagina 12
Het ClearNote venster kan worden verplaatst met “Shift + één van de
pijltoetsen”.
Het ClearNote venster kan met “Alt+Tab” op de voor- of achtergrond van
de actieve vensters worden geplaatst.
Activeren en verplaatsen van de leeslijn
De leeslijn kan worden gebruikt voor betere oriëntatie tijdens het lezen.
De leeslijn kan worden geactiveerd door middel van het indrukken van de
“L” toets en kan worden verplaatst met de “Page up” en “Page Down”
toetsen.
Opslaan en openen beelden
Met de ClearNote software is het mogelijk om beelden vast te leggen, op te
slaan en later weer te openen. Druk op “Shift” en één van de cijfertoetsen
(0-9) om een beeld vast te leggen en .JPG bestand op te slaan in de map
“Mijn Documenten\ClearNote”. Deze bestanden krijgen automatisch een
naam die overeenkomt met de ingedrukte toets (bijvoorbeeld pic_1.jpg) en
worden overschreven als dezelfde toetscombinatie opnieuw wordt
ingedrukt. Door een cijfer van 0 tot 9 te gebruiken, kunt het vastgelegde
beeld weergegeven dat onder dit nummer is opgeslagen. Met “Alt+F4”
wordt de weergave afgesloten.
Met “Ctrl+S” kunt u een beeld opslaan waarbij de naam van het bestand
zal bestaan uit de datum en tijd van dat moment. Tegelijkertijd hebt u dan
de mogelijkheid de bestandsnaam aan te passen.
Met de toetscombinatie “Ctrl+O” kunt u de map openen waarin de
opgeslagen beelden zich bevinden.
Roteren/spiegelen van het beeld
Met “Shift+M” kan het ClearNote beeld horizontaal gespiegeld worden. Met
“Ctrl+M” kan het beeld verticaal gespiegeld worden. Deze functie stelt u in
staat uzelf of een object achter u te bekijken. Deze instelling zal in de
ClearNote bewaard blijven totdat u het handmatig wijzigt.
Helderheid, contrast en kleurverzadiging
Gebruik de volgende instellingen om de weergave van het beeld van de
ClearNote te optimaliseren:
Verhogen van helderheid
:
“B”
Verlagen van helderheid
:
“Shift+B“
Verhogen van contrast
:
“C”
Verlagen van contrast
:
“Shift+C“
Verhogen van kleurverzadiging
:
“X”
Verlagen van kleurverzadiging
:
“Shift+X”
Terug naar fabrieksinstellingen
:
“Ctrl+R”