background image

28

Restwarmte-indicatie

De kookplaat heeft voor elke kookzone een restwarmte-

indicatie met twee standen.

Verschijnt er een 

 op het display, dan is de kookzone nog 

heet. U kunt bijv. een klein gerecht warmhouden of couverture 

smelten. Koelt de kookzone verder af, dan verandert de 

indicatie in 

œ

. De indicatie verdwijnt wanneer de kookzone 

voldoende afgekoeld is.

Kookplaat instellen

In dit hoofdstuk leest u hoe u de kookzones kunt instellen. In de 

tabel vindt u kookstanden en bereidingstijden voor 

verschillende gerechten. 

Kookplaat in- en uitschakelen

U schakelt de kookplaat met de hoofdschakelaar in en uit.
Inschakelen: raak het symbool 

#

 aan. Er klinkt een signaal. De 

indicatie boven de hoofdschakelaar is verlicht. De kookplaat is 

klaar voor gebruik.
Uitschakelen: raak het symbool 

#

 aan tot de indicatie boven 

de hoofdschakelaar verdwijnt. Alle kookzones zijn 

uitgeschakeld. De restwarmte-indicatie blijft aan totdat de 

kookzones voldoende zijn afgekoeld.

Aanwijzing: 

De kookplaat gaat automatisch uit wanneer alle 

kookzones langer dan 20 seconden uitgeschakeld zijn.

Kookzone instellen

Met de symbolen 

 +

 en 

-

 stelt u de gewenste kookstand in. 

Kookstand 1 = laagste vermogen
Kookstand 9 = hoogste vermogen
Elke kookstand heeft een tussenstand. Deze is aangeduid met 

een punt.

Kookstand instellen

De kookplaat dient ingeschakeld te zijn.

1.

Het s of - aanraken. 
Op het display is 

 verlicht.

2.

In de volgende 10 seconden het symbool 

+

 of 

-

 aanraken. De 

basisinstelling verschijnt.
Symbool 

+

 kookstand 9

Symbool 

-

 kookstand 4

3.

De kookstand wijzigen: het symbool 

+

 of 

-

 aanraken tot de 

gewenste kookstand verschijnt.

Aanwijzing: 

De kookzone regelt de verwarming door in en uit 

te schakelen. Ook bij het hoogste vermogen kan de 

verwarming in- en uitschakelen.

Kookzone uitschakelen

Het symbool 

+

 of 

-

 aanraken tot 

 verschijnt. Na ongeveer 10 

seconden verschijnt de restwarmte-indicatie.

Kooktabel

In de volgende tabel vindt u enkele voorbeelden. 
De bereidingstijden en kookstanden zijn afhankelijk van de 

aard, het gewicht en de kwaliteit van de gerechten. Daarom zijn 

afwijkingen mogelijk.

Bij het opwarmen van dikvloeibare gerechten regelmatig 

roeren.
Gebruik voor het aan de kook brengen kookstand 9.

Doorkookstand

Doorkookduur in 

minuten

Smelten

chocolade, couverture, boter, honing,
gelatine

1-2
1-2

-
-

Opwarmen en warmhouden

Eenpansgerecht (bijv. linzenschotel)
Melk**
Worstjes in water verwarmen**

1-2
1.-2.
3-4

-
-
-

Ontdooien en opwarmen

Spinazie diepvries
Goulash diepvries

2.-3.
2.-3.

20-30 min.
10-15 min.

Gaarstoven, zachtjes laten koken

Knoedels, knödels
Vis
Witte sauzen, bijv. bechamelsaus
Geklopte sauzen, bijv. saus Bearnaise, saus Hollandaise

4.-5.
4-5*
1-2
3-4

20-30 min.
10-15 min.
3-6 min.
8-12 min.

* Doorkoken zonder deksel
** Zonder deksel

Summary of Contents for T12D20X1

Page 1: ......

Page 2: ......

Page 3: ......

Page 4: ......

Page 5: ......

Page 6: ......

Page 7: ......

Page 8: ......

Page 9: ......

Page 10: ......

Page 11: ......

Page 12: ......

Page 13: ......

Page 14: ......

Page 15: ......

Page 16: ......

Page 17: ......

Page 18: ......

Page 19: ......

Page 20: ......

Page 21: ......

Page 22: ......

Page 23: ......

Page 24: ......

Page 25: ......

Page 26: ......

Page 27: ......

Page 28: ......

Page 29: ......

Page 30: ......

Page 31: ......

Page 32: ......

Reviews: