49
NL
E
B
6
3
1
E
V
D
F
TIMER SET
PAR-20MAA
ON/OFF
CENTRALLY CONTROLLED
ERROR CODE
CLOCK
ON
OFF
˚C
CHECK
CHECK MODE
FILTER
TEST RUN
FUNCTION
˚C
1Hr.
NOT AVAILABLE
STAND BY
DEFROST
FILTER
CHECK TEST
TEMP.
3
2
E
C
A
1
6 87
4
B
A
PAR-20MAA
ON/OFF
CENTRALLY CONTROLLED
ERROR CODE
CLOCK
ON
OFF
˚C
CHECK
CHECK MODE
FILTER
TEST RUN
FUNCTION
˚C
1Hr.
NOT AVAILABLE
STAND BY
DEFROST
FILTER
CHECK TEST
TEMP.
TIMER SET
1
2
3
4 5 6 8 7 9
0
C
A
B
ON/OFF
CENTRALLY CONTROLLED
ERROR CODE
CLOCK
ON
OFF
˚C
CHECK
CHECK MODE
FILTER
TEST RUN
FUNCTION
˚C
1Hr.
NOT AVAILABLE
STAND BY
DEFROST
TEMP.
A
B
C
D
E
F
H
I KL J
M
P
N
O
R
S
Q
T
U
G
8
Knop [Ventilatie]
9
Knop [Controle/Ingebouwde]
0
Knop [Proefdraaien]
A
[Filter] Knop
B
[ON/OFF (AAN/UIT)] Knop
C
Plaats van ingebouwde
kamertemperatuursensor
Knop afstandbediening
1
[Aanpassen kamertemperatuur] Knop
2
[Timer/continu] Knop
3
[Standselectie] Knop
4
[Tijdselectie] Knop
[Tijdinstellings] Knop
5
[Ventilatie-jaloezie] Knop
6
[Aanpassen van de ventilatorsnelheid] Knop
7
[Blaasrichting naar boven/ naar beneden] Knop
•
Laat de afstandsbediening nooit in direct zonlicht liggen. Als u dit toch doet kan
het zijn dat de kamertemperatuur onjuist gemeten wordt.
•
Zet of hang nooit iets in de buurt van het gedeelte rechtsonder op de
afstandsbediening. Als u dit toch doet kan het zijn dat de kamertemperatuur
onjuist gemeten wordt.
A
Huidige tijd/Timer
B
Centraal regelen
C
Timer AAN
D
Storing treedt op
E
Werkingsstand:
KOELEN,
DRO-
GEN,
AUTO,
VENTILATOR,
VERWARMEN
F
Bezig voor te bereiden op verwarmings-
modus
G
Ontdooimodus
H
Installen temperatuur
I
Voeding AAN
J
Jalouzie
Display afstandbediening
K
Niet-beschikbare functie
L
Ventileren
M
Functie-instellingsmodus
N
Proefdraaimodus
O
Foutcontrolemodus
P
Filterteken
Q
Installen effectief voor na één uur
R
Plaats van sensor
S
Kamertemperatuur
T
Luchtstroom
U
Ventilatorsnelheid
Voordat u het apparaat gaat gebruiken
•
Bedien het apparaat pas nadat de “HO”-display is verdwenen. De “HO”-display
verschijnt heel kort op de plaats van de kamertemperatuurdisplay (maximaal 3
minuten) als u het apparaat aanzet en na een stroomonderbreking. Dit duidt
niet op een defect van de airconditioner.
•
Als het binnenapparaat op verwarmen staat terwijl het buitenapparaat aan het
ontdooien is, dan start de verwarming pas nadat de ontdooiing van het
buitenapparaat beëindigd is.
3.1. AAN/UIT
Wanneer u het apparaat aan wilt zetten
1. Druk of de
B
B
B
B
B
[ON/OFF] knop
Het
Aan/Uit-lampje gaat branden en het apparaat gaat aan.
Wanneer u het apparaat uit wilt zetten
1. Druk weer op de
B
B
B
B
B
[ON/OFF] knop
Het Aan/Uit-lampje gaat uit en het apparaat schakelt uit.
•
Als de knoppen eenmaal ingesteld zijn, zal door alleen de [ON/OFF] (Aan/Uit)-
knop in te drukken het apparaat daarna weer in dezelfde stand gaan werken.
•
Als het apparaat aanstaat gaat het lampje boven de [ON/OFF] knop branden.
Voorzichtig:
Zelfs als u de ON/OFF knop indrukt onmiddellijk nadat u het apparaat hebt
gestopt, dan zal het apparaat voor ongeveer 3 minuten niet aangaan. Deze
functie beschermt het apparaat. Het apparaat begint na ongeveer 3 minuten
automatisch weer te werken.
3.2. Een stand selecteren
Wanneer u een stand wilt selecteren
1. Druk op de
3
3
3
3
3
[stand selecteren] knop
Door op deze knop te blijven drukken schakelt de werking van het apparaat
over op
E
“
”, “
”, “
”, (“
”), en (“
”). Zie het gedeelte over de display
voor de werkingsstanden.
Voor koelen
Druk op de
3
3
3
3
3
[stand selecteren] knop en breng de “
” display op het scherm.
Voor drogen
Druk op
3
3
3
3
3
[stand selecteren] en breng de “
” display op het scherm.
•
Het apparaat kan niet drogen bij een kamertemperatuur van minder dan 18
°
C.
Voor de ventilator
Druk op
3
3
3
3
3
[stand selecteren] en breng de “
” display op het scherm.
•
De functie van de ventilator is om lucht in de kamer te laten circuleren.
•
De temperatuur van de kamer kan niet ingesteld worden als het apparaat op
de ventilatorstand staat.
Voorzichtig:
Stel uw nooit voor langere perioden bloot aan koele lucht. Teveel blootstelling
aan koele lucht is slecht voor uw gezondheid en moet daarom vermeden
worden.
Drogen
Het drogen is een door een microcomputer gestuurd ontvochtigingsproces dat
excessieve luchtkoeling regelt op basis van de door u ingestelde kamertempera-
tuur. (Kan niet gebruikt worden bij verwarmen.)
1. Totdat de door u gewenste kamertemperatuur is bereikt, reageert de compressor
in samenhang met de binnenventilator op de veranderingen van de
kamertemperatuur en gaat automatisch aan en uit.
2. Als de door u gewenste kamertemperatuur is bereikt dan stopt zowel de
compressor als de binnenventilator.
Daarna gaan na 10 minuten de compressor en de binnenventilator telkens
voor 3 minuten weer aan om de luchtvochtigheid laag te houden.
Voor verwarmen
Druk op
3
3
3
3
3
[selecteer stand] en breng de “
” display op het scherm.
Met betrekking tot displays in de verwarmingsstand “DEFROST”
Wordt slechts weergegeven tijdens ontdooien.
“STAND BY”
Dit wordt weergegeven vanaf het moment dat u het apparaat op de verwarmings-
stand zet totdat er warme lucht uitgeblazen wordt.