4
nl
2. Onderdelen
■
Buitenunit
Power
Earth
Service Panel
Indoor-Outdoor
Connection wire
Ref. Pipes
Voeding
Aarde
Onderhoudspaneel
binnen-buiten
Verbindingskabel
Koelpijpen
■
Raadpleeg de handleiding van de afstandsbediening voor informatie over het gebruik ervan.
3.1. Aan- en uitzetten
[AAN]
[UIT]
Druk op de [AAN/UIT] -toets.
Het AAN/UIT-lampje gaat groen bran-
den en het systeem wordt ingescha-
keld.
Wanneer “Oplichten van LED’s” op
“Nee” is ingesteld, gaat het AAN/UIT-
lampje niet branden.
Druk weer op de [AAN/UIT] -toets.
Het AAN/UIT-lampje gaat uit en het
systeem stopt.
■
Geheugen bedieningsstatus
Instelling afstandsbediening
Bedieningsstand
Bedieningsstand voordat de apparatuur werd uitgeschakeld
Vooraf ingestelde temperatuur Vooraf ingestelde temperatuur voordat de apparatuur werd uitgeschakeld
Ventilatorsnelheid
Ventilatorsnelheid voordat de apparatuur werd uitgeschakeld
■
Instelbaar bereik vooraf ingestelde temperatuur
Bedieningsstand
Bereik vooraf ingestelde temperatuur
Cool/Dry (Koelen/Drogen)
19 – 30 ºC
Heat (Verwarmen)
17 – 28 ºC
Auto
19 – 28 ºC
Fan/Ventilation
(Ventilator/Ventilatie)
Niet instelbaar
Opmerking:
Zelfs als u direct na het uitzetten van de airconditioner op de AAN/UIT-toets drukt, moet u 3 minuten wachten voordat het apparaat wordt gestart.
Dit is om te voorkomen dat interne onderdelen schade oplopen.
3. Gebruik
3.2. Kiezen van de bedieningsstand
Druk op functietoets [F1] en doorloop de bedienings-
standen in de volgorde “Cool” (Koelen), “Dry” (Dro-
gen), “Fan” (Ventilator), “Auto” en “Heat” (Verwarm).
Selecteer de bedieningsstand van uw keuze.
Cool
Dry
Fan
Auto
Heat
• Bedieningsstanden die niet beschikbaar
zijn voor de aangesloten buitenunit wor-
den niet weergegeven op het display.
Wat betekent het als het standpictogram knippert
Het standpictogram knippert wanneer andere binnenunits in het zelfde
koelsysteem (aangesloten op dezelfde buitenunit) al werken in een
andere stand. In dat geval, kan de rest van de units in dezelfde groep
alleen in dezelfde stand werken.
Automatisch bedrijf
■
Uitgaande van een ingestelde temperatuur, begint het koelbedrijf als
de ruimtetemperatuur te hoog is en begint het verwarmingsbedrijf als
de ruimtetemperatuur te laag is.
■
Bij automatisch bedrijf schakelt de airconditioner over naar koelen als de
ruimtetemperatuur verandert en 15 minuten lang minstens 2,0 °C boven
de ingestelde temperatuur blijft. Op dezelfde wijze schakelt de aircondi-
tioner over naar verwarmen als de ruimtetemperatuur 15 minuten lang
minstens 2,0 °C onder de ingestelde temperatuur blijft.
Koelen
15 minuten (schakelt van ver-
warmen over naar koelen)
Ingestelde tempe2,0°C
Ingestelde temperatuur
Ingestelde temperatuur -2,0°C
15 minuten (schakelt van
koelen over naar verwarmen)
Cool
Room
Set temp.
Mode
Temp.
Fan
Fri
F1
F2
F3
F4
RG79F452H01_04Nl.indd 4
2019/6/18 16:19:44