76
77
nl
Aan de slag
De batterij opladen
Wanneer u de batterij voor de allereerste keer oplaadt, moet u deze minstens 8 uur opladen (met de
wisselstroomlader) terwijl uw apparaat is uitgeschakeld.
Om de batterij op te laden, sluit u de bijgeleverde voedingskabel aan op de voedingsaansluiting
(
1
) aan de linkerkant van het apparaat en op een stopcontact* (
2
). Tijdens het opladen licht het
LED-indicatielampje op het apparaat op om de laadstatus van de batterij aan te geven:
Groen
– batterij vol;
Oranje
– batterij wordt opgeladen.
* Het stekkertype verschilt afhankelijk van de regio van uw aankoop.
VOORZICHTIG!
Houd rekening met het volgende voor optimale prestaties van de batterij:
• De batterij niet opladen bij een hoge temperatuur (bijv. in direct zonlicht). De batterij stopt met
laden als de omgevingstemperatuur lager is dan -3ºC (26.6ºF) of hoger dan 55ºC (131ºF).
• Laad de batterij op als deze bijna leeg is. Zorg ervoor dat de batterij volledig wordt opgeladen.
Dit kan de levensduur van de batterij verlengen.
• Als u het apparaat gedurende een langere periode niet gebruikt (langer dan een maand) of u
merkt dat de oplaad-/ontlaadtijd korter is geworden, moet u er voor zorgen dat u de batterij
eerst volledig ontlaadt voordat u hem weer oplaadt. U wordt ook geadviseerd om de batterij elke
één tot twee maanden volledig te ontladen en weer op te laden.
• Het niet opvolgen van de gebruiksaanwijzingen voor de batterij kunnen het apparaat en de
batterij beschadigen en zelfs lichamelijk letsel of schade aan eigendommen opleveren en de
garantie teniet doen.