21
• Mettre le sélectionneur
sur l’ouverture automatique
souhaitée.
Pour une profondeur de champ minimum (souhaitable
pour les portraits), nous recommandons une ouverture
automatique de 2. Pour photographier des groupes de
personnes les unes derrière les autres, nous recomman-
dons une ouverture automatique de 4 du fait de la plus
grande profondeur du champ.
• Mettre le flash en marche à l’aide de l’interrupteur
général
.
• Régler l’ouverture automatique souhaitée sur l’objectif
de l’appareil photo.
• Régler l’appareil photo sur la vitesse de synchro ou sur
des vitesses d’obturation plus lentes.
• Attendre que le témoin de recyclage vert
s’allume.
Les zooms demandent une attention particulière !
Suivant leur construction, ils peuvent occasionner
une perte de lumière pouvant atteindre une valeur
équivalente à une division du diaphragme. De
plus, l’ouverture réelle peut varier avec la
distance focale. Le cas échéant, il faudra corriger
manuellement l’ouverture sur le flash.
• De functieschakelaar
op het gewenste werkdiafrag-
ma zetten.
Met het oog op een zo klein mogelijk scherptediepte
(vooral wenselijk bij portretopnamen) bevelen wij daar-
voor diafragma 2 aan. Voor groepsopnamen waarbij veel
personen achterelkaar zijn opgesteld, diafragma 4
wegens het grotere scherptedieptebereik.
• Schakel de flitser in met de hoofdschakelaar
;
• stel het gekozen diafragma ook op de camera in;
• stel op de camera de flitssynchronisatietijd in of een lan-
gere;
• even afwachten tot de flitser is opgeladen - de groene
paraatheidsaanduiding
licht op.
Voorzichtig bij zoomobjectieven!
Deze kunnen, afhankelijk van hun bouw, een ver-
lies aan licht van een hele diafragmastop veroor-
zaken. Ze kunnen ook bij verschillende brand-
puntsafstanden een verschillende effectieve
diafragmawaarde hebben. Dit eventueel met de
hand corrigeren door de diafragma-instelling op
de flitser te veranderen!
☞
☞
798 47 0151-A1 DocuPart 27.05.2008 16:02 Uhr Seite 21