25
snelheid
Blade Diameter
Maaihoogte max
ciculaire zag in de mode
Maximale zaagdiepte
verstekzaag in de mode
Afmetingen van de tablet
BIJKOMENDE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES VOOR
AFKORT- EN TAFELZAGEN
_ Draag altijd oogbescherming.
_ Gebruik het gereedschap niet in de aanwezigheid
van brandbare vloeistoffen of gassen.
_ Gebruik NOOIT het gereedschap als er een
doorslijpschijf (en geen zaagblad) op werd
gemonteerd.
_ Controleer het blad vóór ieder gebruik op
scheurtjes of beschadigingen. Vervang een
gescheurd of beschadigd blad onmiddellijk.
_ Gebruik geen zaagbladen gemaakt uit Hoge
Snelheidsstaal (HSS).
_ Gebruik enkel zaagbladen die door de fabrikant
werden aangeraden en die voldoen aan
EN847-1. Zorg ervoor dat het spouwmes niet dikker
is dan breedte van de zaagsnede en dat het niet
dunner is dan het lichaam van het zaagblad.
_ Gebruik altijd de accessoires die in deze
handleiding worden aanbevolen.
_ Kies het juiste zaagblad voor het te zagen
materiaal.
_ Zorg er altijd voor dat het blad en scherp en
proper is om het geproduceerde lawaai te
verminderen.
_ Gebruik correct geslepen zaagbladen. Hou u aan
de maximumsnelheid die op het zaagblad
is aangegeven.
_ Reinig de as, de flenzen (vooral de
montageoppervlakken) en de zeskantmoer vóór het
monteren van het blad. Slechte montage kan tot
trillen/slaan of tot doorslippen van het
zaagblad leiden.
_ Gebruik de zaagkap en het spouwmes bij elke
toepassing waar het mogelijk is, inclusief alle
doorzaagbewerkingen. Monteer de zaagkap altijd
volgens de instructies in deze
handleiding. Doorzaagbewerkingen zijn deze
waarbij het zaagmes volledig doorheen het
werkstuk zaagt zoals bij het langszagen of afkorten.
Gebruik het gereedschap NOOIT met
een defecte zaagkap en zet ook nooit de zaagkap
vast met een touw, een koord enz. Elke
onregelmatigheid in de werking van de zaagkap
moet onmiddellijk gecorrigeerd worden.
_ Plaats de zaagkap en het spouwmes onmiddellijk
terug na het uitvoeren van een bewerking
waarvoor ze moesten worden verwijderd.
_ Zaag geen metalen zoals nagels en schroeven.
Zoek en verwijder alle nagels, schroeven
en andere vreemde materialen uit het werkstuk,
vóór u begint te werken.
_ Verwijder sleutels, afgezaagde stukken enz. van
de tafel vóór u de schakelaar aanzet.
_ Draag NOOIT handschoenen tijdens het werken
(enkel tijdens het vervangen van de
snijgereedschappen kunt u handschoenen dragen).
_ Hou uw handen uit de snijlijn van het zaagblad.
_ Sta NOOIT of laat NOOIT iemand in de snijlijn van
het zaagblad staan.
_ Zorg ervoor dat het blad het spouwmes of het
werkstuk niet raakt vóór u de schakelaar aanzet.
_ Laat de zaag even draaien vóór u het werkstuk
aanbrengt. Let op het trillen en slaan van
het zaagblad wat kan wijzen op een slechte
montage of uitbalancering van het blad.
_ Het gereedschap mag niet gebruikt worden voor
het aanbrengen van sleuven of sponningen.
_ Vervang het tafelinzetstuk als het versleten is.
_ Regel NOOIT iets bij als het toestel draait. Haal
de stekker uit het stopcontact vóór het afregelen.
_ Gebruik een duwstok wanneer nodig. Een
duwstok MOET worden gebruikt bij het
langszagen van smalle werkstukken om zo uw
handen en vingers goed uit de buurt van het
zaagblad te houden.
_ Berg de duwstok altijd op wanneer hij niet wordt
gebruikt.
_ Let in het bijzonder op de instructies voor het
verminderen van het gevaar op TERUGSLAG.
TERUGSLAG is een plotse reactie op een geklemd,
verbogen of slecht uitgelijnd zaagblad.
TERUGSLAG veroorzaakt het terugwerpen van het
werkstuk in de richting van de operator.
TERUGSLAG KAN TOT ERNSTIGE
VERWONDINGEN LEIDEN.
Vermijd TERUGSLAG door het blad scherp te
houden, de langsgeleider evenwijdig aan het
zaagblad te houden, het spouwmes en de zaagkap
op hun plaats en in goede staat te houden, door het
werkstuk niet los te laten tot u het volledig voorbij
het zaagblad hebt geduwd en door geen stukken in
hun langsrichting te zagen die gedraaid of
scheefgetrokken zijn of die geen rechte kant hebben
om naast de langsgeleider te bewegen.
_ Voer geen bewerkingen uit met de vrije hand. Met
de vrije hand betekent dat u uw handen
gebruikt om het werkstuk te ondersteunen of te
geleiden in plaats van de langsgeleider of
de verstekbak.
_ Buig NOOIT over of rond het zaagblad. Reik
NOOIT naar een werkstuk vóór het zaagblad
volledig tot stilstand is gekomen.
_ Vermijd plots en snel aanvoeren. Voer harde
werkstukken zo traag mogelijk door. Plooi of
draai een werkstuk nooit tijdens het aanvoeren. Als
het zaagblad tijdens het aanvoeren vastloopt of
klemt, zet dan het toestel onmiddellijk uit. Haal de
stekker uit het stopcontact. Verwijder de blokkering.