110
• De bout en de kartelbout (16)
opnieuw vastdraaien.
8.4 Hoekinstelling
• Draai de vergrendelingshandgreep
(9) op de voorkant en de vergren-
delingshandgreep (22) op de ach-
terkant van de machine.
• Verstel de hoek van het zaagblad,
door de beide vergrendelings-
handgrepen (9, 22) te verschui-
ven tot de wijzer (20) overeenkomt
met de gewenste hoekwaarde op
de schaalverdeling (8).
• Vergrendel de vergrendelings-
handgrepen (9, 22).
9 – Werkwijze
Werken met de cirkelzaagbank
9.1 Uitvoeren van zaagsnedes in
de lengte (afb. 7)
Hierbij wordt een werkstuk in de
lengte doorgezaagd.
Een kant van het werkstuk wordt
tegen de parallelaanslag (6) gedrukt,
terwijl de platte kant op de zaagtafel
(1) ligt.
De zaagbladbeschermkap (5) moet
altijd op het werkstuk liggen.
De arbeidspositie tijdens het in de
lengte zagen mag nooit in lijn met
de zaagsnede liggen.
• De parallelaanslag (6) overeen-
komstig de werkstukhoogte en de
gewenste breedte instellen.
• De zaagmachine inschakelen.
• De handen met gesloten vingers
plat op het werkstuk leggen en
het werkstuk tegen de paralle-
laanslag (6) aan langs het zaag-
blad (25) schuiven.
• Met de linker- of rechterhand
(afhankelijk van de positie van de
parallelaanslag) het werkstuk tot
aan de voorkant van de zaagblad-
beschermkap geleiden.
• Het werkstuk altijd tot aan het
uiteinde van het spouwmes (29)
doorschuiven.
• Het zaagafval blijft op de zaagta-
fel (1) liggen, tot het zaagblad (25)
weer in de ruststand staat.
• Lange werkstukken tegen kante-
len aan het einde van de zaag-
snede beveiligen! (bijv. rolstan-
daard enz.)
9.1.1 Zagen van smalle werkstuk
ken (afb. 11)
Bij het zagen van werkstukken in
de lengte met een breedte van min-
der dan 150 mm moet absoluut een
schuifhout (31) worden gebruikt. Het
schuifhout wordt meegeleverd. Ver-
sleten c.q. beschadigd schuifhout
onmiddellijk vervangen.
9.1.2 Zagen van zeer smalle werk
stukken
• Voor het in de lengte zagen van
zeer smalle werkstukken met
een breedte van 50 mm en min-
der moet absoluut een schuifblok
worden gebruikt.
• Daarbij heeft een laag geleidings-
vlak van de parallelaanslag de
voorkeur.
MW-5461570-Bedien-2003.indd 110
MW-5461570-Bedien-2003.indd 110
04.05.20 16:46
04.05.20 16:46