13
DEZE HANDLEIDING IS EIGENDOM VAN DE FABRIKANT. IEDERE REPRODUCTIE, ZELFS GEDEELTELIJK, IS VERBODEN.
- 13 -
GEWOON ONDERHOUD
4.
Dagelijkse schoonmaak van de plaat
Breng de detergentvloeistof via een normale verstuiver op het hele oppervlak van de be-
reidingskamer aan, en maak het hele oppervlak manueel met behulp van een niet schu-
rende spons zorgvuldig schoon.
Daarna de bereidingskamer overvloedig naspoelen met drinkbaar water (gebruik geen
waterstralen onder druk en/of rechtstreeks gericht).
Na succesvolle beëindiging van de beschreven handelingen moet men met zorg de berei
-
dingskamer met een niet-schurende doek afdrogen. Indien nodig bovenbeschreven han-
delingen herhalen voor een nieuwe schoonmaakcyclus.
Vochtresten die op de plaat/platen achterblijven kunnen de werking van het apparaat
schaden door vroegtijdige slijtage van de plaat/platen te veroorzaken.
Om alle vochtresten weg te nemen moet men na de handelingen van gewoon onderhoud
het toestel aanzetten en gedurende circa 2/3’ op minimum laten werken vooraleer uit te
schakelen (zie procedure deel 3 Gebruiksinstructies: Inschakelen/Uitschakelen).
Dagelijkse schoonmaak van de oven
Naargelang het apparaat moet men het volgende wegnemen: roosters, ovenschalen of
andere verwijderbare voorwerpen uit de bereidingskamer.
De bereidingskamer gedurende circa 20’ opwarmen.
Open de deur om de bereidingskamer enkele seconden te laten afkoelen.
Breng de detergentvloeistof via een normale verstuiver op het hele oppervlak van de berei-
dingskamer aan, en maak het hele oppervlak manueel met behulp van een niet schurende
spons zorgvuldig schoon.
Daarna de bereidingskamer overvloedig naspoelen met drinkbaar water (gebruik geen wa-
terstralen onder druk en/of rechtstreeks gericht).
Na succesvolle beëindiging van de beschreven handelingen moet men met zorg de berei
-
dingskamer met een niet-schurende doek afdrogen.
Indien nodig bovenbeschreven handelingen herhalen voor een nieuwe schoonmaakcyclus.
Maak ook het materiaal dat voordien uit de bereidingskamer werd weggenomen (roosters,
ovenschalen, mandjes of andere verwijderbare voorwerpen) met detergent en drinkbaar
water schoon, grondig naspoelen en alles afdrogen vooraleer terug op zijn plaats te zetten.
Om alle vochtresten weg te nemen moet men na de handelingen van gewoon onderhoud
het toestel aanzetten en gedurende circa 20’ op minimum laten werken vooraleer uit te
schakelen (zie procedure deel 3 Gebruiksinstructies: Inschakelen/Uitschakelen).
Schoonmaak voor langdurige buitendienststelling
In geval van langdurige inactiviteit is het noodzakelijk om alle beschreven procedures voor
dagelijkse schoonmaak uit te voeren.
Op het einde van de handelingen moet men de delen die meest zijn blootgesteld aan fe-
nomenen voor oxidatie beschermen zoals hierna vermeld.
•
Gebruik lauwwarm water met een beetje zeep voor de schoonmaak van de onderde-
len;
•
De onderdelen zorgvuldig naspoelen, gebruik geen waterstralen onder druk en/of
rechtstreeks gericht;
•
Met zorg alle oppervlakken afdrogen met behulp van niet-schurend materiaal;
•
Veeg met een niet-schurende doek die lichtjes is bevochtigd met vaseline-olie ge-
schikt voor voedingswaren over alle oppervlakken in roestvrij staal, om een bescher-
mend laagje op het oppervlak te creëren.
In geval van apparaten met deuren en rubberen pakkingen, moet men de deur op een kier
laten staan zodat het kan verluchten, breng wat beschermende talk aan op alle oppervlak-
ken van de rubberen pakkingen.
De apparaten en de lokalen regelmatig verluchten.
Summary of Contents for A2A298AQ
Page 195: ...MEGJEGYZÉSEK ...