46 NEDERLANDS
De bedieningsfunctie veranderen
Dit gereedschap is uitgerust met meerdere gebruiksvriendelijke bedieningsfuncties voor het indraaien van bouten
met nauwkeurige controle.
Het type bedieningsfunctie verandert elke keer wanneer u op de knop
drukt.
U kunt de bedieningsfunctie veranderen binnen ongeveer een minuut nadat u de trekkerschakelaar hebt losgelaten.
OPMERKING:
U kunt de tijdsduur gedurende welke u de bedieningsfunctie kunt veranderen verlengen met onge
-
veer één minuut door op de knop of de knop te drukken.
►
Fig.8
Bedieningsfunctie
(Hulpfunctie aangegeven op het
bedieningspaneel)
Werking
Doel
Boutfunctie
Rechtsom
Deze functie helpt om continu schroeven erin te draaien met het-
zelfde aandraaimoment. Deze functie helpt ook de kans te verkleinen
dat de bouten/moeren breken als gevolg van te strak vastdraaien.
Linksom
Deze functie helpt voorkomen dat een bout eraf valt. Bij het
losdraaien van een bout waarbij het gereedschap linksom
draait, zal het gereedschap automatisch stoppen of langza-
mer gaan draaien zodra de bout/moer voldoende los zit.
OPMERKING:
De timing waarmee het indraaien stopt is afhankelijk van
het type bout/moer en het materiaal waarin wordt gedraaid.
Test het indraaien voordat u deze functie gebruikt.
Rechtsom
Voorkomen
dat bouten te
strak worden
vastgedraaid.
Linksom
Losdraaien van
bouten.
Boutfunctie (1)
Rechtsom
Het gereedschap stopt automatisch zodra de slagwerking
is begonnen.
Linksom
De slagkracht is 4. Het gereedschap stopt automatisch
zodra de slagwerking is gestopt.
-
Boutfunctie (2)
Rechtsom
Het gereedschap stopt automatisch ongeveer 0,5 seconde
na het moment waarop de slagwerking is begonnen.
Linksom
De slagkracht is 4. Het gereedschap stopt automatisch ongeveer
0,2 seconde na het moment waarop de slagwerking is gestopt.
-
Boutfunctie (3)
Rechtsom
Het gereedschap stopt automatisch ongeveer 1 seconde
na het moment waarop de slagwerking is begonnen.
Linksom
Het gereedschap gaat langzamer draaien nadat de slag-
werking is gestopt.
-
: Het lampje brandt.
OPMERKING:
Als geen van de lampjes op het bedieningspaneel brandt, knijpt u de trekkerschakelaar eenmaal in
voordat u op de knop drukt.
OPMERKING:
Alle lampjes op het bedieningspaneel gaan zijn wanneer het gereedschap is uitgeschakeld om
acculading te besparen. Het type bedieningsfunctie kan worden gecontroleerd door de trekkerschakelaar heel licht
in te knijpen zodat het gereedschap nog niet in werking treedt.
Maximaal-toerentalfunctie
►
Fig.9:
1.
Knop
2.
Lampje
Wanneer de maximaal-toerentalfunctie is ingeschakeld,
wordt het toerental van het gereedschap het hoogst,
zelfs als u de trekkerschakelaar niet helemaal inknijpt.
Wanneer de maximaal-toerentalfunctie is uitgescha-
keld, neemt het toerental van het gereedschap toe naar
mate u de trekkerschakelaar verder inknijpt.
Om de maximaal-toerentalfunctie in te schakelen, houdt
u de knop ingedrukt. Om de maximaal-toerentalfunctie
uit te schakelen, houdt u nogmaals de knop ingedrukt.
Het lampje brandt terwijl de maximaal-toerentalfunctie
is ingeschakeld.
OPMERKING:
De maximaal-toerentalfunctie blijft
ingeschakeld ook wanneer de slagkrachtfunctie of
automatisch-stoppenfunctie wordt veranderd.
Summary of Contents for TW004G
Page 2: ...1 2 3 Fig 1 1 2 Fig 2 1 Fig 3 1 Fig 4 1 Fig 5 1 A B Fig 6 Fig 7 2 ...
Page 3: ...Fig 8 1 2 Fig 9 1 2 3 Fig 10 1 2 3 Fig 11 1 2 3 4 Fig 12 1 2 3 Fig 13 Fig 14 3 ...
Page 93: ...93 ...
Page 94: ...94 ...
Page 95: ...95 ...