72 NEDERLANDS
LET OP:
Het toerentalinstelwiel is niet
bedoeld om het gebruik van lagesnelheidszaag-
bladen mogelijk te maken, maar voor het instel-
len van een toerental dat geschikt is voor het
materiaal van het werkstuk. Gebruik uitsluitend
zaagbladen die bedoeld zijn voor toerentallen van
ten minste het maximale nullasttoerental, zoals
vermeld in de TECHNISCHE GEGEVENS.
KENNISGEVING:
Het toerentalinstelwiel kan
slechts tot cijfer 5 worden gedraaid en weer wor-
den teruggedraaid tot cijfer 1. Probeer niet om het
toerentalinstelwiel voorbij cijfer 5 of verder terug
dan cijfer 1 te draaien, anders kan de toerentalre-
geling defect raken.
Elektronische functie
Een gereedschap met elektronische aansturing is
dankzij de volgende eigenschappen gemakkelijk te
bedienen.
Constant-toerentalregeling
Elektronische toerentalregeling voor het aanhouden
van een constant toerental. Maakt een onberispelijke
afwerking mogelijk omdat het toerental zelfs onder
belasting constant blijft.
Zachte-startfunctie
Maakt een zachte start mogelijk door onderdrukking
van de startschok.
Elektrische rem
Dit gereedschap is voorzien van een elektrische
zaagbladrem. Als het gereedschap continu het cirkel
-
zaagblad niet snel stil zet na het loslaten van de scha
-
kelaar, laat u het gereedschap onderhouden door een
Makita-servicecentrum.
LET OP:
Het zaagbladremsysteem is geen
vervanging van de beschermkap. GEBRUIK
HET GEREEDSCHAP NOOIT ZONDER EEN
WERKENDE BESCHERMKAP. DIT KAN LEIDEN
TOT ERNSTIG PERSOONLIJK LETSEL.
MONTAGE
LET OP:
Zorg altijd dat het gereedschap is
uitgeschakeld en de accu ervan is verwijderd
alvorens enig werk aan het gereedschap uit te
voeren.
Opbergen van de inbussleutel
Wanneer u de inbussleutel niet gebruikt, bergt u deze
op de plaats aangegeven in de afbeelding op, om te
voorkomen dat deze wordt verloren.
►
Fig.19:
1.
Inbussleutel
Het cirkelzaagblad aanbrengen en
verwijderen
LET OP:
Verzeker u ervan dat het cirkelzaag-
blad zodanig wordt aangebracht dat de tanden
aan de voorkant van het gereedschap omhoog
wijzen.
LET OP:
Gebruik uitsluitend de Makita-
inbussleutel voor het aanbrengen en verwijderen
van het cirkelzaagblad.
Om het cirkelzaagblad te verwijderen:
1.
Druk de uit-vergrendelknop in en breng de hand-
greep iets omlaag. Draai de vergrendelhendel en breng
de handgreep omlaag totdat de borgpen in het gat past.
►
Fig.20:
1.
Uit-vergrendelknop
2.
Vergrendelhendel
3.
Borgpen
4.
Gat voor borgpen
2.
Druk de asvergrendeling volledig in zodat het
zaagblad niet kan draaien en draai de inbusbout met de
inbussleutel tegen de klok in los.
►
Fig.21:
1.
Asvergrendeling
2.
Inbussleutel
3.
Vastdraaien
4.
Losdraaien
3.
Verwijder de inbusbout, de buitenflens en het
cirkelzaagblad.
►
Fig.22:
1.
Inbusbout
2.
Buitenflens
3.
Binnenflens
4.
Cirkelzaagblad
WAARSCHUWING:
Als de binnenflens werd
verwijderd, moet deze weer op de as worden
aangebracht. Kies bij het aanbrengen de correcte
zijde waarvan het uitsteeksel perfect past in het
middengat van het zaagblad.
Als u het zaagblad
op de verkeerde kant van de binnenflens aanbrengt,
kunnen gevaarlijke trillingen het gevolg zijn.
Om het cirkelzaagblad aan te brengen, volgt u de ver
-
wijderingsprocedure in omgekeerde volgorde. Druk de
uit-vergrendelknop zodat de borgpen uit het gat komt.
WAARSCHUWING:
ZORG ERVOOR DAT U
DE INBUSBOUT STEVIG VASTDRAAIT. Wees ook
voorzichtig de bout niet te strak aan te draaien.
Als u met uw hand van de inbussleutel af glijdt,
kan persoonlijk letsel ontstaan.
De beschermkap reinigen
Vergeet niet om tijdens het verwisselen van het cir
-
kelzaagblad tevens de beschermkap te ontdoen van
opgehoopt zaagsel, zoals beschreven in het hoofdstuk
Onderhoud. Ondanks dergelijk onderhoud blijft het
noodzakelijk de werking van de beschermkap voor
ieder gebruik te controleren.
Een stofzuiger aansluiten
Optioneel accessoire
Om de zaagomgeving schoon te houden, kunt u een
Makita-stofzuiger op dit gereedschap aansluiten. Sluit
de stofzuigerslang aan op de stofafzuigaansluitmond
met behulp van aansluitmond 24.
►
Fig.23:
1.
Stofzuigerslang
2.
Aansluitmond 24
3.
Stofafzuigaansluitmond
Summary of Contents for SP001G
Page 2: ...Fig 1 Fig 2 Fig 3 Fig 4 Fig 5 Fig 6 1 1 2 3 Fig 7 2 ...
Page 3: ...1 2 Fig 8 1 2 Fig 9 1 Fig 10 2 1 1 Fig 11 1 Fig 12 2 1 Fig 13 1 Fig 14 3 ...
Page 4: ...1 Fig 15 1 A B Fig 16 1 2 Fig 17 1 Fig 18 1 Fig 19 2 4 3 1 Fig 20 3 1 2 4 Fig 21 4 ...
Page 5: ...2 1 3 4 Fig 22 3 1 2 Fig 23 1 Fig 24 Fig 25 1 Fig 26 1 Fig 27 5 ...
Page 6: ...1 2 1 Fig 28 1 1 2 Fig 29 2 1 Fig 30 1 2 Fig 31 Fig 32 1 Fig 33 4 2 1 3 Fig 34 6 ...
Page 7: ...3 2 1 Fig 35 1 Fig 36 1 2 Fig 37 Fig 38 1 Fig 39 7 ...
Page 8: ...1 2 Fig 40 1 Fig 41 1 Fig 42 1 2 Fig 43 1 1 Fig 44 1 Fig 45 8 ...
Page 9: ...1 Fig 46 9 ...
Page 150: ...150 ...
Page 151: ...151 ...