32 NEDERLANDS
Als u het cirkelzaagblad wilt verwijderen, drukt u eerst
de asvergrendeling helemaal in zodat het cirkelzaag-
blad niet meer kan draaien, en gebruikt u vervolgens
de inbussleutel om de inbusbout linksom los te draaien.
Verwijder daarna de inbusbout, de ring (afhankelijk van
het land), de buitenflens en het cirkelzaagblad.
►
Fig.11:
1.
Inbussleutel
2.
Asvergrendeling
3.
Loszetten
4.
Vastdraaien
Voor gereedschap zonder de ring
►
Fig.12:
1.
Inbusbout
2.
Buitenflens
3.
Cirkelzaagblad
4.
Binnenflens
Voor gereedschap met de ring
►
Fig.13:
1.
Inbusbout
2.
Buitenflens
3.
Cirkelzaagblad
4.
Ring
5.
Binnenflens
Om het cirkelzaagblad aan te brengen, volgt u de ver
-
wijderingsprocedure in omgekeerde volgorde.
Voor gereedschap met een
binnenflens voor een zaagblad met
een middengatdiameter anders dan
15,88 mm
De binnenflens heeft een uitsteeksel met een bepaalde
diameter aan één zijde en een uitsteeksel met een
andere diameter aan de andere zijde. Kies de correcte
zijde waarvan het uitsteeksel perfect past in het mid
-
dengat van het zaagblad. Plaats de binnenflens op de
montageas zodat de zijde met het juiste uitsteeksel op
de binnenflens naar buiten wijst, en breng daarna het
zaagblad en de buitenflens aan.
►
Fig.14:
1.
Montageas
2.
Binnenflens
3.
Cirkelzaagblad
4.
Buitenflens
5.
Inbusbout
WAARSCHUWING:
ZORG ERVOOR
DAT U DE INBUSBOUT RECHTSOM STEVIG
VASTDRAAIT. Wees ook voorzichtig de bout niet
te strak aan de draaien. Als u met uw hand van
de inbussleutel af glijdt, kan persoonlijk letsel
ontstaan.
WAARSCHUWING:
Zorg ervoor dat het uit-
steeksel "a" op de binnenflens dat aan de buiten
-
zijde zit, perfect past in het middengat "a" van het
zaagblad.
Als u het zaagblad op de verkeerde kant
van de binnenflens aanbrengt, kunnen gevaarlijke
trillingen het gevolg zijn.
Voor gereedschap met een
binnenflens voor een zaagblad met
een middengatdiameter van 15,88
mm (afhankelijk van het land)
Breng de binnenflens op de montageas aan met zijn
verzonken zijde naar buiten gericht, en breng daarna
het zaagblad (zo nodig met de ring bevestigd), de bui
-
tenflens en de inbusbout aan.
Voor gereedschap zonder de ring
►
Fig.15:
1.
Montageas
2.
Binnenflens
3.
Cirkelzaagblad
4.
Buitenflens
5.
Inbusbout
Voor gereedschap met de ring
►
Fig.16:
1.
Montageas
2.
Binnenflens
3.
Cirkelzaagblad
4.
Buitenflens
5.
Inbusbout
6.
Ring
WAARSCHUWING:
ZORG ERVOOR
DAT U DE INBUSBOUT RECHTSOM STEVIG
VASTDRAAIT. Wees ook voorzichtig de bout niet
te strak aan de draaien. Als u met uw hand van
de inbussleutel af glijdt, kan persoonlijk letsel
ontstaan.
WAARSCHUWING:
Als de ring nodig is om
het zaagblad op de montageas aan te kunnen
brengen, zorgt u er altijd voor dat de correcte ring
voor het middengat van het te gebruiken zaagblad
wordt aangebracht tussen de binnenflens en de
buitenflens.
Als de verkeerde middengatring wordt
gebruikt, wordt het zaagblad mogelijk niet goed aan
-
gebracht, waardoor het zaagblad kan bewegen en
sterke trillingen worden veroorzaakt met als gevolg
dat u tijdens het gebruik de controle over het gereed
-
schap kunt verliezen en ernstig persoonlijk letsel
wordt veroorzaakt.
De beschermkap reinigen
Vergeet niet om tijdens het verwisselen van het
cirkelzaagblad tevens de bovenste en onderste
beschermkappen te ontdoen van opgehoopt zaag
-
sel, zoals beschreven in het hoofdstuk Onderhoud.
Ondanks dergelijk onderhoud blijft het noodzakelijk
de werking van de onderste beschermkap voor ieder
gebruik te controleren.
Opbergen van de inbussleutel
►
Fig.17:
1.
Inbussleutel
Wanneer u de inbussleutel niet gebruikt, bergt u deze
op de plaats aangegeven in de afbeelding op, om te
voorkomen dat deze wordt verloren.
Een stofzuiger aansluiten
Optioneel accessoire
Om de zaagomgeving schoon te houden, kunt u een
Makita-stofzuiger op dit gereedschap aansluiten. Sluit
de stofzuigerslang aan op de stofafzuigaansluitmond,
zoals aangegeven in de afbeelding.
►
Fig.18:
1.
Stofafzuigaansluitmond
2.
Schroef
►
Fig.19:
1.
Slang
2.
Stofzuiger
BEDIENING
LET OP:
Duw het gereedschap voorzichtig in
een rechte lijn naar voren.
Als u het gereedschap
dwingt of verdraait, zal de motor oververhit raken
en het gereedschap gevaarlijk terugslaan waardoor
ernstig letsel kan worden veroorzaakt.
►
Fig.20
Houd het gereedschap stevig vast. Het gereedschap
is voorzien van zowel een voorhandgreep als een ach-
terhandgreep. Gebruik beide om het gereedschap zo