74
werkstuk raakt, kan terugslag veroorzaken met
mogelijk ernstige verwondingen tot gevolg.
LET OP:
• Laat de zaagkop niet ongecontroleerd los vanuit de
laagste stand. De ongecontroleerde zaagkop kan
tegen u aan komen waardoor persoonlijk letsel zal
ontstaan.
1. Rechtzagen (zagen van kleine werkstukken) (zie
afb. 39)
Werkstukken tot 91 mm hoog en 70 mm breed kunnen
als volgt worden gezaagd.
Duw de slede helemaal naar de geleider en draai de
borgschroef rechtsom vast om de slede te
vergrendelen. Zet het werkstuk goed vast met een
geschikte bankschroef. Schakel het gereedschap in
zonder dat het zaagblad iets raakt en wacht tot het
zaagblad op volle snelheid draait voordat u het
omlaag brengt. Breng vervolgens de handgreep
voorzichtig helemaal omlaag om het werkstuk te
zagen. Nadat het zagen klaar is, schakelt u het
gereedschap uit en WACHT U TOTDAT HET
ZAAGBLAD VOLLEDIG TOT STILSTAND IS
GEKOMEN voordat u het zaagblad omhoog brengt tot
in de hoogste stand.
WAARSCHUWING:
•
Draai de knop stevig rechtsom zodat de draaitafel
tijdens het zagen niet kan bewegen.
Een
onvoldoende aangedraaide knop kan terugslag
veroorzaken met mogelijk ernstige verwondingen tot
gevolg.
2. Schuivend (duwend) zagen (zagen van brede
werkstukken) (zie afb. 40)
Draai de borgmoer linksom los zodat de slede vrij kan
schuiven. Zet het werkstuk vast met een geschikte
bankschroef. Trek de slede helemaal naar u toe.
Schakel het gereedschap in zonder dat het zaagblad
iets raakt en wacht tot het zaagblad op volle snelheid
draait. Breng de handgreep omlaag en DUW DE
SLEDE NAAR DE GELEIDER EN ZAAG DOOR HET
WERKSTUK. Nadat het zagen klaar is, schakelt u het
gereedschap uit en WACHT U TOTDAT HET
ZAAGBLAD VOLLEDIG TOT STILSTAND IS
GEKOMEN voordat u het zaagblad omhoog brengt tot
in de hoogste stand.
WAARSCHUWING:
•
Om schuivend te zagen, trekt u eerst de slede naar
u toe en duwt u vervolgens de handgreep helemaal
omlaag waarna u de slede naar de geleider duwt.
Begin nooit te zagen wanneer de slede niet volledig
naar u toe is getrokken.
Bij schuivend zagen zonder
dat de slede volledig naar u toe is getrokken, kan er
overwacht terugslag optreden met mogelijk ernstige
verwondingen tot gevolg.
•
Zaag nooit schuivend door de slede naar u toe te
trekken.
Door de slede tijdens het zagen naar u toe te
trekken kan onverwacht terugslag optreden met
mogelijk ernstige verwondingen tot gevolg.
• Zaag nooit schuivend met de handgreep vergrendeld in
de laagste stand.
•
Draai nooit de borgschroef los waarmee de slede is
vergrendeld terwijl het zaagblad draait.
Een losse
slede tijdens het zagen kan onverwacht terugslag
veroorzaken met mogelijk ernstige verwondingen tot
gevolg.
3. Horizontaal-verstekzagen
Raadpleeg de beschrijving onder “De horizontaal-
verstekhoek instellen”.
4. Verticaal-verstekzagen (zie afb. 41)
Draai de hendel los en kantel het zaagblad om de
verticaal-verstekhoek in te stellen. (Raadpleeg de
beschrijving onder “De verticaal-verstekhoek
instellen”.) Vergeet niet de hendel weer stevig vast te
draaien om de ingestelde verticaal-verstekhoek veilig
te kunnen gebruiken. Klem het werkstuk vast in een
bankschroef. Zorg ervoor dat de slede helemaal naar
u toe is getrokken. Schakel het gereedschap in zonder
dat het zaagblad iets raakt en wacht tot het zaagblad
op volle snelheid draait. Breng de handgreep
helemaal omlaag tot in de onderste stand terwijl u
druk uitoefent parallel aan het zaagblad en DUW DE
SLEDE HELEMAAL NAAR DE GELEIDER EN ZAAG
DOOR HET WERKSTUK. Nadat het zagen klaar is,
schakelt u het gereedschap uit en WACHT U TOTDAT
HET ZAAGBLAD VOLLEDIG TOT STILSTAND IS
GEKOMEN voordat u het zaagblad omhoog brengt tot
in de hoogste stand.
WAARSCHUWING:
•
Controleer nadat u het zaagblad hebt ingesteld
voor verticaal-verstekzagen of slede en blad vrij
kunnen bewegen over het hele zaagbereik alvorens
aan de slag te gaan.
Het onderbreken van de slede-
of bladbeweging tijdens het zagen kan terugslag
veroorzaken met mogelijk ernstige verwondingen tot
gevolg.
•
Hou de handen uit de buurt van het blad tijdens het
verticaal-verstekzagen.
De bladhoek kan verwarring
wekken omtrent de effectieve zaagbaan en contact met
het blad kan ernstige verwondingen veroorzaken.
•
Het zaagblad mag pas omhoog worden gebracht
wanneer het volledig stilstaat.
Tijdens verticaal-
verstekzagen kan het afgezaagde werkstuk tegen het
blad rusten. Als het zaagblad nog draait wanneer het
omhoog wordt gebracht, kan het afgezaagde stuk
worden weggeslingerd met mogelijk ernstige
verwondingen tot gevolg.
KENNISGEVING:
• Bij het omlaag brengen van het zaagblad, oefent u druk
uit parallel aan het zaagblad. Als u haaks op de
draaitafel druk uitoefent of als de richting van de druk
verandert tijdens het zagen, zal de nauwkeurigheid van
de zaagsnede eronder lijden.
• Alvorens verticaal verstek te zagen kan het nodig zijn
de verschuifbare geleider af te stellen. Raadpleeg de
tekst onder “Geleider afstellen”.
LET OP:
• Verwijder altijd de hulpgeleider rechts zodat deze de
slede niet in de weg zit bij het verticaal-verstekzagen
naar rechts.
5. Samengesteld verstekzagen
Samengesteld-verstekzagen is een bewerking waarbij
verticaal-verstekzagen wordt gecombineerd met
horizontaal-verstekzagen in een werkstuk.