
42 NEDERLANDS
Gereedschap-/accubeveiligingssysteem
Het gereedschap is uitgerust met een gereedschap-/
accubeveiligingssysteem. Dit systeem sluit automatisch
de voeding naar de motor af om de levensduur van het
gereedschap en de accu te verlengen.
Het gereedschap zal tijdens gebruik automatisch stoppen
wanneer het gereedschap of de accu zich in een van
de volgende omstandigheden bevindt. Onder bepaalde
omstandigheden gaat het indicatorlampje branden.
►
Fig.2:
1.
Indicatorlampje
Overbelastingsbeveiliging
Wanneer het gereedschap wordt gebruikt op een manier
waardoor een abnormaal hoge stroom wordt getrokken,
stopt het gereedschap automatisch en knippert het
indicatorlampje gedurende 60 seconden. Schakel in dat
geval het gereedschap uit en stop het gebruik dat ertoe
leidde dat het gereedschap overbelast raakte. Schakel
daarna het gereedschap weer in om verder te gaan.
Oververhittingsbeveiliging
Wanneer het gereedschap/de accu oververhit is, stopt het
gereedschap automatisch en brandt de accu-indicator gedu-
rende ongeveer 60 seconden. Het gereedschap start niet, ook
niet wanneer u het gereedschap inschakelt. Laat in dat geval
de accu afkoelen voordat u het gereedschap weer inschakelt.
Overontladingsbeveiliging
Als de resterende acculading laag wordt, knippert de indi-
cator. Bij verder gebruik stopt het gereedschap en brandt
het indicatorlampje gedurende ongeveer 60 seconden. Als
u het gereedschap inschakelt, draait de motor wel maar
stopt kort daarna. Laad in dat geval de accu op.
OPMERKING:
Het moment waarop de lamp gaat
branden is afhankelijk van de temperatuur op de
werkplek en de toestand van de accu.
De resterende acculading controleren
Alleen voor accu’s met indicatorlampjes
►
Fig.3:
1.
Indicatorlampjes
2.
Testknop
Druk op de testknop op de accu om de resterende acculading te
zien. De indicatorlampjes branden gedurende enkele seconden.
Indicatielampjes
Resterende
capaciteit
Brandt
Uit
75% tot 100%
50% tot 75%
25% tot 50%
0% tot 25%
OPMERKING:
Afhankelijk van de gebruiksomstan
-
digheden en de omgevingstemperatuur, is het moge-
lijk dat de aangegeven acculading verschilt van de
werkelijke acculading.
De trekkerschakelaar gebruiken
►
Fig.4:
1.
AAN-/snelheidsinstelknop
2.
UIT-knop
Om de stofzuiger in te schakelen, drukt u gewoon op de
AAN-/snelheidsinstelknop. Om uit te schakelen, drukt u
op de UIT-knop.
U kunt de snelheid van de stofzuiger in drie standen
instellen door op de AAN-/snelheidsinstelknop te
drukken.
Na de eerste druk op deze knop staat de stofzuiger in
de stand voor hoge snelheid, na de tweede druk staat
hij in de stand voor maximale snelheid, en na de derde
druk in de stand voor normale snelheid. Bij elke druk
op deze knop wordt de hoog/maximaal/normaal-cyclus
stapsgewijs doorlopen.
MONTAGE
LET OP:
Zorg altijd dat het gereedschap is
uitgeschakeld en de accu ervan is verwijderd
alvorens enig werk aan het gereedschap uit te
voeren.
Stoffen stofzak en papieren stofzak
Breng de stoffen stofzak of papieren stofzak aan voor-
dat u de stofzuiger gebruikt.
Gebruik de stofstopper wanneer de stoffen stofzak of
papieren stofzak wordt aangebracht.
De stoffen stofzak kan veel keren worden hergebruikt
door hem leeg te maken.
De papieren stofzak is voor eenmalig gebruik. Wanner
de papieren stofzak vol is, gooit u hem in zijn geheel
weg zonder hem leeg te maken.
KENNISGEVING:
Om te voorkomen dat stof in
de motor kan binnendringen:
•
Zorg ervoor dat vóór gebruik de stoffen
stofzak of papieren stofzak is aangebracht.
•
Plaats de stofstopper tezamen met de de
stoffen stofzak of papieren stofzak helemaal
in de sleuven wanneer u ze aanbrengt.
•
Gebruik geen kapotte of gescheurde stofzak.
Anders kan de motor defect raken.
KENNISGEVING:
Vouw het karton niet bij
de opening wanneer u de papieren stofzak
aanbrengt.
KENNISGEVING:
Gooi de stofstopper nooit weg
want deze moet herhaaldelijk worden gebruikt
wanneer de stoffen stofzak of papieren stofzak
wordt gebruikt.
KENNISGEVING:
De papieren stofzak van de
stofzuiger vormt een belangrijk onderdeel bij het
behouden van de prestaties. Als een andere dan
de originele papieren stofzak wordt gebruikt, kan
dat leiden tot rook of ontbranding.
Summary of Contents for CL121DZ
Page 2: ...1 2 3 Fig 1 1 Fig 2 1 2 Fig 3 1 2 Fig 4 1 2 1 2 Fig 5 1 2 3 Fig 6 Fig 7 1 Fig 8 2 ...
Page 3: ...Fig 9 1 Fig 10 1 2 1 2 Fig 11 Fig 12 1 2 3 Fig 13 Fig 14 1 Fig 15 Fig 16 3 ...
Page 4: ...1 Fig 17 1 2 3 Fig 18 1 2 Fig 19 1 Fig 20 1 2 3 4 5 Fig 21 1 Fig 22 4 ...
Page 5: ...1 Fig 23 1 2 Fig 24 1 Fig 25 Fig 26 1 Fig 27 1 Fig 28 1 2 Fig 29 5 ...
Page 6: ...1 2 Fig 30 1 Fig 31 Fig 32 Fig 33 Fig 34 Fig 35 1 Fig 36 1 Fig 37 6 ...