35
• Bij gebruik van een doorslijpwiel / diamantschijf mag u
alleen de speciale beschermkap gebruiken, die
ontworpen is voor gebruik met doorslijpwielen. (In
sommige Europese landen kan bij gebruik van een
diamantslijpschijf worden volstaan met de gewone
beschermkap. Volg de voorschriften die in uw land
gelden.)
Voor gereedschap met een beschermkap met
borgschroef (Fig. 4)
Monteer de beschermkap met de uitsteeksels aan de
beschermkapband recht tegenover de inkepingen in de
kussenblokkast. Draai vervolgens de beschermkap 180°
linksom, tegen de klok in. Draai de schroef vooral stevig
vast.
Voor het verwijderen van de beschermkap volgt u de
aanwijzingen voor het aanbrengen in omgekeerde
volgorde.
Voor gereedschappen met een beschermkap met
klemhefboom (Fig. 5 en 6)
Trek de hefboom in de richting van de pijl nadat u de
schroef hebt losgedraaid. Monteer de beschermkap met
de uitsteeksels aan de beschermkapband recht
tegenover de inkepingen in de kussenblokkast.
Vervolgens draait u de beschermkap 180° rond. Zet de
beschermkap met de schroef vast, na eerst de hefboom
in de richting van de pijl te trekken voor de
werkingsstand. De instelhoek van de beschermkap is
instelbaar met de hefboom.
Voor het verwijderen van de beschermkap volgt u de
aanwijzingen voor het aanbrengen in omgekeerde
volgorde.
Aanbrengen of verwijderen van een schijf met
verzonken middengat / klepschijf (Optioneel
accessoire) (Fig. 7 en 8)
WAARSCHUWING:
• Bij gebruik van een schijf met verzonken middengat of
klepschijf moet de beschermkap op het gereedschap
worden aangebracht, zodanig dat de gesloten kant van
de beschermkap altijd naar de gebruiker is gericht.
Bevestig de binnenflens. Pas het wiel/de schijf op de
binnenflens en draai de borgmoer op de middenas vast.
Om de borgmoer vast te draaien, drukt u de
asvergrendeling stevig aan zodat de as niet kan draaien
en dan gebruikt u de borgmoersleutel om de borgmoer
kloksgewijze vast te draaien. Voor het verwijderen van
het wiel volgt u de werkwijze voor het aanbrengen in
omgekeerde volgorde.
Aanbrengen of verwijderen van een slijpschijf
(Optioneel accessoire) (Fig. 9)
OPMERKING:
• Gebruik de slijpaccessoires die staan voorgeschreven
in deze handleiding. Deze moeten afzonderlijk worden
aangeschaft.
Bevestig de rubberen rugschijf op de as. Pas de schijf op
de rubberen rugschijf en schroef de borgmoer op de as.
Om de borgmoer vast te draaien, drukt u de
asvergrendeling stevig aan zodat de as niet kan draaien
en dan gebruikt u de borgmoersleutel om de borgmoer
kloksgewijze vast te draaien.
Voor het verwijderen van de schijf volgt u de werkwijze
voor het aanbrengen in omgekeerde volgorde.
BEDIENING
WAARSCHUWING:
• Het is in geen geval ooit nodig om grote druk op het
gereedschap uit te oefenen. Het gewicht van het
gereedschap op zich is voldoende. Forceren of te grote
druk uitoefenen kan leiden tot breken van een wiel,
hetgeen gevaarlijk is.
• Vervang ALTIJD het slijpwiel als het gereedschap
tijdens het slijpen is gevallen.
• Laat NOOIT de slijpschijf of het wiel met kracht op uw
werkstuk terechtkomen.
• Voorkom dat de schijf vastraakt of terugstuit, vooral bij
het werken rond hoeken, scherpe randen enz. Dat kan
ongecontroleerde bewegingen en terugslag
veroorzaken.
• Gebruik dit gereedschap NOOIT met houtzagen en
andere zaagbladen. Zulke zaagbladen op een
slijpmachine leiden vaak tot terugslag of verlies van
controle over het gereedschap, met grote kans op
letsel.
LET OP:
• Schakel nooit het gereedschap in terwijl dat het
werkstuk al raakt, want dat kan leiden tot
verwondingen.
• Draag tijdens het werk altijd een veiligheidsbril of
gezichtsmasker.
• Schakel na het werk altijd het gereedschap uit en
wacht tot de schijf helemaal tot stilstand is gekomen,
voordat u het gereedschap neerlegt.
Bediening voor slijpen en schuren (Fig. 10)
Houd het gereedschap ALTIJD stevig vast met één hand
aan de behuizing en de andere aan de zijhandgreep.
Schakel het gereedschap in en laat dan pas het wiel of
de schijf tegen uw werkstuk aan komen.
Gewoonlijk laat u de rand van het wiel of de schijf een
hoek van ongeveer 15° met het oppervlak van uw
werkstuk maken.
Tijdens het inwerken met een nieuw wiel mag u de
slijpmachine niet in richting B laten bewegen, anders kan
het zich in uw werkstuk “invreten”. Pas wanneer de rand
van het wiel al door slijtage is afgerond, mag u het wiel in
beide richtingen, A en B, gebruiken.