36
Om de borgmoer vast te draaien, dient u stevig op de
asblokkering te drukken zodat de as niet kan draaien.
Draai vervolgens met de borgmoersleutel de borgmoer
stevig naar rechts vast.
Om de schijf te verwijderen, voert u deze procedure in
omgekeerde volgorde uit.
WAARSCHUWING:
• Druk de asblokkering alleen in wanneer de as niet
beweegt.
Aanbrengen of verwijderen van een schuurschijf
(optioneel accessoire) (Fig. 8)
OPMERKING:
• Gebruik de slijpaccessoires die staan voorgeschreven
in deze handleiding. Deze moeten afzonderlijk worden
aangeschaft.
Bevestig de rubberen rugschijf op de as. Pas de schijf op
de rubberen rugschijf en schroef de borgmoer op de as.
Om de borgmoer vast te draaien, drukt u de asblokkering
stevig aan zodat de as niet kan draaien en dan gebruikt u
de borgmoersleutel om de borgmoer kloksgewijze vast te
draaien.
Voor het verwijderen van de schijf volgt u de werkwijze
voor het aanbrengen in omgekeerde volgorde.
BEDIENING
WAARSCHUWING:
• U dient nooit kracht op het gereedschap uit te oefenen.
Het eigen gewicht van het gereedschap levert vol-
doende druk op. Overmatige kracht of druk kan schijf-
breuk veroorzaken, hetgeen gevaarlijk is.
• Vervang ALTIJD de schijf indien het gereedschap tij-
dens het slijpen op de grond is gevallen.
• Bots of stoot de slijpschijf NOOIT tegen het werkstuk.
• Zorg dat de schijf niet terugkaatst of blijft hangen,
vooral bij het bewerken van hoeken, scherpe randen,
enz. Dit kan namelijk verlies van controle over het
gereedschap en terugslag veroorzaken.
• Gebruik het gereedschap NOOIT met houtzaagbladen
of andere zaagbladen. Bij gebruik op een slijpmachine
veroorzaken zaagbladen vaak terugslag en controle-
verlies, met persoonlijke verwonding als mogelijk
gevolg.
LET OP:
• Schakel na het gebruik het gereedschap uit en wacht
totdat de schijf volledig tot stilstand is gekomen alvo-
rens het gereedschap neer te leggen.
Slijpen en schuren (Fig. 9)
Houd het gereedschap ALTIJD goed vast met de ene
hand op het gereedschapshuis en de andere op de zij-
handgreep. Schakel het gereedschap in en zet de slijp-
of schuurschijf op het werkstuk.
Houd normaal de rand van de slijp- of schuurschijf bij
een hoek van ongeveer 15 graden ten opzichte van het
werkstukoppervlak.
Bij gebruik van een nieuwe schijf mag u deze aanvanke-
lijk niet in de richting B gebruiken, omdat de schijf anders
in het werkstuk zal snijden. Wanneer de rand van de
schijf door gebruik ronder geworden is, kunt u de schijf
zowel in richting A als in richting B gebruiken.
Bediening met een komvormige draadborstel/
conische draadborstel (optioneel accessoire)
(Fig. 10)
LET OP:
• Controleer de werking van de draadborstel door het
gereedschap eerst onbelast te laten draaien en zorg
dat er niemand vóór of direct naast de borstel is.
• Gebruik nooit een draadborstel die beschadigd of niet
goed in evenwicht is. Het gebruik van een beschadigde
borstel kan leiden tot kans op verwonding door contact
met afgebroken borsteldraden.
Trek de stekker los en plaats het gereedschap
ondersteboven zodat de as goed toegankelijk is.
Verwijder alle accessoires van de as. Draai de
komvormige draadborstel/conische draadborstel op de
as en zet deze vast met de bijgeleverde sleutel. Bij
gebruik van een draadborstel mag u niet zo veel kracht
zetten dat de draden overmatig buigen, anders kunnen
ze voortijdig afbreken.
Gebruik met doorslijpschijf/diamantschijf (optioneel accessoire) (Fig. 11)
De montagerichting van de borgmoer en binnenflens verschilt afhankelijk van de dikte van de schijf.
Raadpleeg het onderstaande overzicht.
1
2
3
1
4
3
Doorslijpschijf
Dikte: minder dan 4 mm (5/32")
Dikte: 4 mm (5/32") of meer
Diamantschijf
Dikte: minder dan 4 mm (5/32")
Dikte: 4 mm (5/32") of meer
1. Borgmoer
2. Doorslijpschijf
3. Binnenflens
4. Diamantschijf
100 mm (4")
16 mm (5/8")
16 mm (5/8")
20 mm (13/16")
20 mm (13/16")