49
NEDERLANDS
9.
Draag tijdens het gebruik van elektrisch
gereedschap altijd een veiligheidsbril om
uw ogen te beschermen tegen letsel. De bril
moet voldoen aan ANSI Z87.1 in de Verenigde
Staten, aan EN 166 in Europa, en aan AS/
NZS 1336 in Australië en Nieuw-Zeeland. In
Australië en Nieuw-Zeeland is het wettelijk
verplicht om tevens een spatscherm te dragen
om uw gezicht te beschermen.
Het is de verantwoordelijkheid van de werk-
gever om ervoor te zorgen dat geschikte
beschermingsmiddelen gebruikt worden door
de gebruikers van het gereedschap en anderen
in de onmiddellijke omgeving van de werkplek.
Gebruik en verzorging van elektrisch gereedschap
1.
Overbelast het elektrisch gereedschap niet.
Gebruik het juiste elektrisch gereedschap
voor het werk.
Het juiste elektrisch gereedschap
werkt beter en veiliger binnen het aangegeven
capaciteitsbereik.
2.
Gebruik het elektrisch gereedschap niet als
het niet kan worden in- en uitgeschakeld met
de schakelaar.
Ieder elektrisch gereedschap dat
niet met de schakelaar kan worden bediend is
gevaarlijk en moet eerst worden gerepareerd.
3.
Trek de stekker uit het stopcontact en/of ver-
wijder de accu, indien afneembaar, vanaf het
elektrisch gereedschap voordat u afstellingen
maakt, accessoires verwisselt of het elektrisch
gereedschap opbergt.
Dergelijke preventieve
veiligheidsmaatregelen verlagen de kans dat het
elektrisch gereedschap per ongeluk wordt gestart.
4.
Bewaar elektrische gereedschappen die niet
worden gebruikt buiten het bereik van kinde-
ren en voorkom dat personen die onbekend
zijn met het gebruik ervan of met deze instruc-
ties het elektrisch gereedschap gebruiken.
Elektrische gereedschappen zijn gevaarlijk in de
handen van onervaren gebruikers.
5.
Onderhoud het elektrisch gereedschap en
de accessoires. Controleer op een slechte
uitlijning of het aanlopen van draaiende delen,
het afbreken van onderdelen en alle andere
situaties die van invloed kunnen zijn op de
werking van het elektrisch gereedschap. Als
het elektrisch gereedschap beschadigd is, laat
u het eerst repareren voordat u het gebruikt.
Veel ongelukken worden veroorzaakt doordat het
elektrisch gereedschap slecht wordt onderhouden.
6.
Houd snij- en zaaggarnituren scherp en
schoon.
Goed onderhouden snij- en zaaggarnitu
-
ren met scherpe snij- en zaagranden lopen minder
vaak vast en zijn gemakkelijker te gebruiken.
7.
Gebruik het elektrisch gereedschap met de
bijbehorende accessoires, bits, enz., overeen-
komstig deze instructies, met inachtneming
van de werkomstandigheden en het werk dat
wordt uitgevoerd.
Het gebruik van het elektrisch
gereedschap bij andere werkzaamheden dan
waarvoor het is bedoeld, kan leiden tot gevaarlijke
situaties.
8.
Houd de handgrepen en oppervlakken die
vastgepakt worden droog, schoon en vrij van
olie en vetten.
Gladde handgrepen en opper
-
vlakken die vastgepakt worden maken het veilig
hanteren en bedienen van het gereedschap in
onverwachte situaties onmogelijk.
9.
Draag tijdens het gebruik van dit gereedschap
geen stoffen werkhandschoenen die erin ver
-
strikt kunnen raken.
Wanneer werkhandschoe-
nen verstrikt raken in de bewegende delen kan
persoonlijk letsel worden veroorzaakt.
Gebruik en verzorging van gereedschap dat op een
accu werkt
1.
Laad alleen op met de acculader aanbevolen
door de fabrikant.
Een acculader die geschikt
is voor een bepaald type accu, kan brandgevaar
opleveren indien gebruikt met een ander type
accu.
2.
Gebruik elektrisch gereedschap uitsluitend
met de daarvoor bestemde accu.
Gebruik van
andere accu’s kan gevaar voor letsel of brandge
-
vaar opleveren.
3.
Als de accu niet wordt gebruikt, houdt u deze
uit de buurt van metalen voorwerpen, zoals
paperclips, muntgeld, sleutels, spijkers,
schroeven en andere kleine metalen voorwer-
pen die een kortsluiting kunnen veroorzaken
tussen de accupolen.
Kortsluiting tussen de
accupolen kan leiden tot brandwonden of brand.
4.
Onder zware gebruiksomstandigheden kan
vloeistof uit de accu komen. Voorkom aanra-
king! Als u er per ongeluk mee in aanraking
komt, spoelt u het er met water af. Als de vloei-
stof in uw ogen komt, raadpleegt u tevens een
arts.
Vloeistof uit de accu kan irritatie en brand-
wonden veroorzaken.
5.
Gebruik geen accu of gereedschap dat
beschadigd of gewijzigd is.
Beschadigde of
gewijzigde accu’s kunnen onvoorspelbaar gedrag
vertonen dat kan leiden tot brand, explosie of
gevaar van letsel.
6.
Stel een accu of gereedschap niet bloot
aan vuur of buitensporige temperaturen.
Blootstelling aan vuur of temperaturen hoger dan
130 °C kunnen een explosie veroorzaken.
7.
Volg alle oplaadinstructies en laad de accu
of het gereedschap niet op buiten het tem-
peratuurbereik opgegeven in de instructies.
Verkeerd opladen of bij een temperatuur buiten
het opgegeven bereik kan de accu beschadigen
en de kans op brand vergroten.