24 NL/BE
richtingen. Controleer alstublieft alle aansluitin-
gen regelmatig op dichtheid.
Temperatuurbegrenzing
instellen
Het binnenwerk
26
van deze armatuur bezit een tem-
peratuurbegrenzing. Deze functie is fabrieksmatig
niet geactiveerd (neutrale instelling).
VOORZICHTIG!
Verander de instelling van
de temperatuurbegrenzing pas nadat u de ar-
matuur heeft gemonteerd.
Draai de hoofdkraan dicht.
Verwijder de afdekkap
22
voorzichtig met een
kleine, platte schroevendraaier (zie afb. J).
Draai de borgschroef
21
met een binnenzes-
kantsleutel
9
los door deze tegen de klok in
te draaien.
VOORZICHTIG!
Draai de schroef er niet
volledig uit, maar alleen zo ver totdat de men-
garm
20
gemakkelijk kan worden verwijderd.
Verwijder de mengarm
20
.
Maak de afdekring van het binnenwerk
23
met
de hand los en schroef vervolgens de borgring
van het binnenwerk
24
met behulp van een
pijptang los.
Trek nu de instelring
25
met behulp van een
schroevendraaier naar boven.
Opmerking:
De cartouche
26
niet verwijderen.
Zet de instelring
25
in de gewenste positie, zo-
als getoond in afbeelding K.
Opmerking:
de instelring
25
kan de draai-
hoek van de greep beperken, zodat de debiet
van warm water kan worden begrensd.
Draai de borgring van de cartouche
24
met
behulp van de pijptang weer vast op de kraan-
armatuur
1
. Bevestig de cartouche-afdekring
23
met de hand.
Plaats de mengarm
20
weer op de kraanarma-
tuur
1
en draai de borgschroef
21
met een
binnenzeskantsleutel
9
vast door deze met de
klok mee te draaien.
Druk de afdekkap
22
in de opening.
Draai de hoofdwatertoevoer open en controleer
de temperatuurbegrenzing.
Waterspaarfunctie
De cartouche
26
van deze kraan beschikt over
een waterspaarfunctie. Deze functie begrenst de
hoeveelheid water die kan doorstromen. Daar-
door kunt u tot 50 % water besparen (zie afb. L).
Duw de kraanhendel
20
omhoog tot u een lichte
weerstand voelt. Deze weerstand zorgt voor een
stop bij half geopende kraan en begrenst zo
heel eenvoudig de doorstroom van het water.
Indien u de doorstroom wilt verhogen, beweegt
u de kraanhendel
20
met lichte druk door de
weerstand heen.
Onderhoud en reiniging
Armatuur onderhouden
en reinigen
Houd er a.u.b. rekening mee dat sanitaire armaturen
speciaal onderhoud vergen. Neem daarom de
volgende instructies in acht:
Gebruik geen bijtende of alcoholhoudende
middelen voor de reiniging, omdat deze het
product kunnen beschadigen.
Reinig uw armaturen alleen met schoon water,
een mild reinigingsmiddel en een zachte doek
c.q. zeem.
Schroef de perlator
27
regelmatig eraf en ver-
wijder kalkhoudende resten of vreemde voor-
werpen.
Bij het niet in acht nemen van de onderhoudsinstruc-
ties dient u rekening te houden met beschadigingen
aan het oppervlak. In dit geval komen garantieclaims
te vervallen.
Afvoer
De verpakking bestaat uit milieuvriendelijke grond-
stoffen die u via de plaatselijke recyclingcontainers
kunt afvoeren.