NEDERLANDS
HANDLEIDING
JB SYSTEMS®
25/54
SPACE 3 Laser
verbonden zijn, dan moet u de CA-8 controller aansluiten op het eerste toestel in de
keten. Alle toestellen zullen nu de instructies van de CA-8 controller volgen.
Verbind de CA-8 controller met de controller ingang (8) aan de achterkant van de
laser.
Druk op de FUNC toets tot “CA8” op de display verschijnt
Druk op de ENTER toets om uw keuze te bevestigen.
Dit zijn de functies die u met de CA-8 controller kunt oproepen:
STANDBY toets:
wordt gebruikt om de laser in black-out (no
output) te zetten. De standby LED is aan tijdens black-out.
MODE toets:
wordt gebruikt om van de ene werkmodus naar de
andere over te schakelen:
MODE LED UIT:
Laser werkt volautomatisch. De ‘Function’
toets wordt niet gebruikt.
MODE LED AAN:
Laser in manuele modus. Druk op de
‘Function’ toets om een van de ingebouwde patronen te
selecteren.
MODE LED KNIPPERT:
Laser werkt op het ritme van de
muziek. De ‘Function’ toets wordt niet gebruikt.
5) DMX512 MODUS:
De laser kan via om het even welke standaard DMX controller bestuurd worden.
Verbind de DMX ingang van de laser met de DMX uitgang van het vorige toestel in de
keten, of verbind deze onmiddellijk met de DMX uitgang van uw controller.
Druk op de FUNC toets tot een driedelig nummer op de display verschijnt
Selecteer het gewenste DMX-adres (van 001 tot 505)
Druk op de ENTER toets om uw keuze te bevestigen.
De Space3 laser gebruikt 8 DMX kanalen. Hieronder vindt u de DMX-chart met de
functies voor elk kanaal.
Opmerking:
de display knippert wanneer het toestel in DMX modus staat en er geen
DMX signaal gedetecteerd wordt.
Meer informatie over DMX512:
Het DMX-protocol is een veel gebruikt hogesnelheidssignaal om lichtuitrustingen te
bedienen. U moet uw DMX bediening en alle units met een
gebalanceerde kabel van goede kwaliteit doorverbinden om vreemd
gedrag van de lichteffecten, veroorzaakt door storing, te voorkomen,
moet u een afsluitweerstand van 90
Ω
tot 120
Ω
aan het eind van de
keten gebruiken. Gebruik nooit een Y-splitkabel, dit zal eenvoudig
weg niet werken
!
Elk lichteffect in de keten heeft een eigen DMX startadres nodig zodat het weet welke
commando’s van de bediening het moet ontcijferen
.
NEDERLANDS
HANDLEIDING
JB SYSTEMS®
26/54
SPACE 3 Laser
DMX-CONFIGURATIE VAN DE SPACE3 LASER:
KANAAL
WAARDE
BESCHRIJVING
1
000-063
Black-out
MODUS
064-127
Muziekgestuurde werking
SELECTIE
128-191
Volautomatische werking
192-255
Laser in DMX modus
2
000-063
Patronengroep 1:
LIJNEN
PATRONEN
064-127
Patronengroep 2:
TUNNELS
GROEP
128-191
Patronengroep 3:
CURVES
192-255
Patronengroep 4:
ANDERE
3
SEE CH2:
LIJNEN
TUNNELS
CURVES
ANDERE
PATRONEN
SELECTIE
000-031
032-063
064-095
096-127
128-159
160-191
192-233
234-255
4
000-128
Vast rotatiepunt van het patroon
ROTATIE
129-255
continue rotatie van het patroon van traag tot snel
5
000-128
‘Zoom’: patroongrootte (van groot tot klein)
GROOTTE
129-255
Continu patroon ‘zooming’ (van traag tot snel)
6
000-128
Pan beweging (X-axis: horizontale beweging)
PAN
129-255
Pan snelheid (van traag tot snel)
7
000-128
Tilt beweging (Y-axis: verticale beweging)
TILT
129-255
Tilt snelheid (from slow to fast)
8
000-085
Originele patronen (geselecteerd met de kanalen 2+3)
OPTIE
086-170
Patronen zonder blanking (alle patroonlijnen zijn continu verbonden)
171-255
Black-out van de laserstraal (laserstraal UIT)