Ingebruikname
4
42138_a
63
Er mag geen poging tot starten worden onderno-
men, tot de brandstofdampen verdampt zijn.
Sla brandstof enkel op in de containers die daar-
voor voorzien zijn.
Gebruik loodvrije benzine, min. RON 91.
Tank vullen
1. Zet de motor eventueel uit en trek veiligheid-
shalve de contactsleutel uit.
2. Wacht tot de motor een beetje is afgekoeld
(explosiegevaar door ontstoken brandstof!).
3. Druk op de afdekkap van de tankdop (8a).
4. Draai de afdekkap van de tankdop (8a) naar
boven.
De afdekkap van de tankdop (8a) wordt
ontgrendeld.
5. Open de tankdop (8b) en vul de brandstof.
VOORZICHTIG!
Vermijd dat de brandstoftank te vol
wordt gevuld!
6. Sluit de tankdop (8b).
7. Sluit de afdekkap van de tankdop (8a) zodat
deze vastklikt.
Bandendruk controleren
Controleer de bandendruk regelmatig.
Lees de vereiste luchtdruk af op de banden
(aanbevolen 1 bar).
ADVICE
1 PSI = 0,07 bar.
Met een gewone in de handel verkrijgbare voet-
pomp kan de bandendruk worden gecontroleerd
en lucht worden bijgevuld.
Grasopvangbak monteren
De gazontrekkers worden geleverd met gra-
sopvangbak. Houd er rekening mee dat de afbeel-
dingen licht kunnen afwijken van het origineel.
Vulstandmelder grasbak ophangen
De vulstandmelder meldt via een signaaltoon
wanneer de grasopvangbak moet worden leeg-
gemaakt. Om de vulstandmelder aan te bouwen,
moet de grasopvangbak gedemonteerd zijn.
De vulstandmelder (9a) moet in de opening van
de rugwand worden geschoven. Let op de juiste
plaats van de vulstandmelder. Schuif deze recht
en zonder te forceren in de opening tot hij merk-
baar vastklikt.
Grasopvangbak ophangen
1. Houd de grasopvangbak met een hand aan
de bakgreep (10a) vast en met de andere
hand aan de vasthoudopening aan de achter-
kant (10b).
2. Leg de grasopvangbak symmetrisch op de
leiding (10c).
3. Kantel de grasopvangbak met de andere
hand lichtjes naar voor (11), zodat het voorste
deel van de grasopvangbak vastklikt.
4. Draai de grasopvangbak nu opnieuw naar be-
neden (12a).
5. Controleer of de grasopvangbak correct is be-
vestigd.
De veiligheidsvoorzieningen controleren
De veiligheidsvoorzieningen moeten vóór elke
start van de gazontrekker worden gecontroleerd.
WAARSCHUWING!
Gevaar bij de controle van de veilig-
heidsvoorzieningen!
De controle van veiligheidsvoorzienin-
gen mag enkel vanaf de bestuurders-
stoel worden uitgevoerd en wanneer er
geen personen of dieren in de buurt zijn!
Voer alle controles op een vlakke ondergrond uit,
zodat de gazontrekker niet onbedoeld kan rollen.
Remcontactschakelaar controleren
De remcontactschakelaar zorgt ervoor dat de mo-
tor niet kan worden gestart, wanneer de rem niet
wordt gebruikt.
1. De motor staat uit.
2. Neem plaats op de bestuurdersstoel.
3. Maak de parkeerrem los door het rempedaal
(4a) in te drukken.
4. Probeer de motor te starten (contactsleutel in
stand III).
LET OP!
De motor mag niet starten!
Contactschakelaar van de maaier controleren
De contactschakelaar van de maaier zorgt ervoor
dat de motor niet kan worden gestart wanneer de
maaier is geactiveerd.
1. Motor staat uit.
2. Neem plaats op de bestuurdersstoel.
3. Duw het rempedaal in (4a) en bedien de par-
keerrem (4b).
Summary of Contents for SXE213H95
Page 3: ...442138_a 3 ...
Page 4: ...4 442138_a ...
Page 5: ...442138_a 5 ...
Page 6: ...6 442138_a ...
Page 7: ...442138_a 7 ...
Page 8: ...8 442138_a ...