NL
63
Sorteren van de was
•
Controleer de symbolen op de etiketten van alle kle-
dingstukken om te zien of ze met de trommel gedroogd
mogen worden.
• Sorteer de was afhankelijk van het type weefsel.
• Haal alles uit de zakken en controleer de knopen.
• Sluit ritsen en haakjes, en maak riemen en lussen vast
zonder ze aan te trekken.
• Wring de kledingstukken uit om zoveel mogelijk water eruit
te verwijderen.
!
Vul de droger niet met drijfnatte kledingstukken.
Maximale afmetingen van de lading
Laadt de droogtrommel niet meer dan is toegestaan.
De volgende waarden hebben betrekking op het gewicht van
de droge kledingstukken:
Natuurlijke weefsels: maximaal
kg
Syntetische weefsels: maximaal
kg
!
Om een daling van de prestaties te vermijden moet men
niet teveel in de
wasdroger
stoppen.
Wasetiketten
Controleer de wasetiketten, vooral als de kledingstukken
voor het eerst in de
wasdroger
worden gedaan. Hieronder
worden de meest voorkomende symbolen gegeven:
Mag in de
wasdroger
.
Kan niet in de
wasdroger
worden gedroogd
Drogen bij hoge temperatuur.
Drogen bij lage temperatuur.
Droogtijden
De tijden zijn bij benadering aangegeven en kunnen varieren
afhankelijk van:
• Hoeveelheid water in de was na de centrifuge: handdoeken
en delicate was bevat nog veel water.
• Weefsels: kledingsstukken met hetzelfde weefsel maar met
andere weefpatronen en dikte kan een andere droogtijd
hebben.
• Hoeveelheid was: afzonderlijke kledingsstukken en kleine
ladingen kunnen meer droogtijd nodig hebben.
• Droogte: als de kledingsstukken nog gestreken moeten wor-
den kunnen ze eerder uit de machine worden gehaald, als ze
nog wat vochtig zijn. De kledingsstukken die helemaal droog
moeten zijn kunnen daarentegen langer in de machine blijven.
• Ingestelde temperatuur
• Temperatuur van de kamer: hoe lager de temperatuur van
de kamer is waarin de wasdroger staat, hoe langer men op
droge kleding moet wachten.
• Volume: enkele omvangrijke kledingsstukken hebben veel
aandacht nodig bij het droogproces. We raden aan om deze
uit de machine te halen, te schudden en opnieuw in de dro-
ger te stoppen: doe dit herhaaldelijk tijdens de droogcyclus.
!
Droog de kledingsstukken niet te veel.
Alle weefsels hebben een natuurlijke vochtigheid, die ervoor
dient om de zachtheid en de luchtigheid ervan te handhaven.
De gegeven tijden hebben betrekking op de automatische
programma’s. De gewichten hebben betrekking op droge
kledingsstukken.
De was
Problemen
en oplossingen
Waarschijnlijke oorzaken / oplossingen:
• De steker zit niet goed in de contactdoos en maakt geen contact.
• De spanning is uitgevallen.
• De zekering is doorgebrand. Probeer een ander toestel op dezelfde contactdoos
aan te sluiten.
• Indien men een verlengsnoer gebruikt kan men proberen om de
wasdroger
meteen
in de contactdoos te steken.
• Het deurtje zit niet goed dicht
• Het programma is niet op de juiste manier ingesteld
(zie Hoe men de was droogt)
.
• Niet goed gedrukt op de knop
START/PAUSE
(zie Hoe men de was droogt)
.
• Men heeft een vertraging ingesteld
(zie Programma’s en opties)
.
• Men heeft gedrukt op
START/PAUSE
; vóór de start van de
wasdroger
is er een
korte vertraging. Wacht tot het drogen begint, druk niet opnieuw op
START/PAUSE
:
anders gaat de
wasdroger
in pauze en zal niet beginnen met drogen.
• Het filter werd niet schoon gemaakt
(zie Onderhoud)
.
• Is het vaatje met water leeg? Het lampje “Vaatje leegmaken” knippert
(zie Onderhoud)
.
• De Filtereenheid van de Warmtepomp moet schoon worden gemaakt
(zie
Onderhoud)
.
• De ingestelde temperatuur is niet geschikt voor het type te drogen weefsel
(zie
Programma’s en opties)
.
• Men heeft niet de juiste droogtijd gekozen voor deze was
(zie Was)
.
• De luchtinlaat of de luchtuitlaten achter zijn verstopt
(zie Installatie en Onderhoud).
• De kleding is te nat
(zie Was)
.
• Er zit teveel was in de
wasdroger
(zie Was)
.
• Waarschijnlijk heeft men het waterverzamelvaatje niet geleegd aan het begin van het
programma. Wacht niet op het signaal voor het legen van het vaatje maar controleer
(Zult u 3 piepsignalen horen, het lampje “Vaatje leegmaken” knippert) altijd zelf dit
vaatje en leeg het voordat men een nieuw droogprogramma opstart (zie Beschrijving
van de wasdroger).
!
Vanwege de veiligheid hebben de droogprogramma’s een maximale tijdsduur van 5
uur.. Indien een automatisch programma niet de gevraagde vochtigheid detecteert
binnen deze tijd, zal het toch ermee ophouden. Controleer de boven aangegeven
punten en herhaal het programma; als de kleding toch nog vochtig is neem dan
contact op met het servicecentrum
(zie Service)
.
• Men moet het apparaat uitzetten en de steker eruit trekken. Reinig dan het
Filtereenheid van de Warmtepomp
(zie “Zorg en Onderhoud)
. Daarna steekt men
de steker er weer in zet het apparaat aan en start een ander programma. Indien de
storing blijft, moet men de Servicedienst bellen.
• Het komt vooral voor als de droger voor een bepaalde tijd niet is gebruikt. Indien
het lawaai tijdens het drogen niet vermindert, moet men contact opnemen met het
servicecentrum.
De droger is in de standby-modus gegaan om energie te besparen. Dit gebeurt als u de
droger aangelaten heft of als er een stroomstoring geweest is. Dit gebeurt na 30 minuten.
- Als u de droger achterlaat zonder een programma te starten;
- nadat een droogprogramma geëindigd is.
Druk op de ON/OFF toets en houdt de toets ingedrukt totdat de droger weer in
werking treedt.
In het geval dat men de indruk heeft dat de
wasdroger
niet goed werkt, moet men, voordat men naar het servicecentrum belt,
(zie Service)
zorgvuldig de volgende hints raadplegen voor het zelf oplossen van problemen.
Probleem:
De wasdroger start niet.
De droogcyclus start niet.
Er zijn lange droogtijden.
Het lampje “Vaatje leegmaken” knip-
pert.
Het programma stopt maar de
kledingsstukken zijn vochtiger dan
verwacht.
De lampjes van de “opties” en het
lampje voor “start/pauze” knipperen
en een van de onderhoudslampjes of
van de “droogfasen” zullen continu
gaan branden.
De wasdroger maakt lawaai tijdens de
eerste minuten.
Hoewel de droger ingeschakeld is,
zijn de lampjes van het bedieningspa-
neel van de droger uit.