13. Verbind de rode (positieve) accukabel (L) met de
bout (M) en de vierkante moer (N).
M
L
N
14. Verbind de zwarte (negatieve) accukabel met de
bout en de vierkante moer.
15. Sluit de accuklep en vergrendel deze met de steun
voor de accuklep in de houders van de accuklep.
Startkabels aansluiten
WAARSCHUWING:
Explosiegevaar door explosief gas dat
afkomstig is van de accu. Sluit de negatieve
aansluitklem van de opgeladen accu niet
aan op of in de buurt van de negatieve
aansluitklem van de zwakke accu.
OPGELET:
Gebruik de accu van
uw product niet om andere voertuigen te
starten.
1. Sluit het ene uiteinde van de rode accukabel aan
op de POSITIEVE (+) accupool (A) van de zwakke
accu.
B
A
C
D
2. Sluit het andere uiteinde van de rode accukabel
aan op de POSITIEVE (+) accupool (B) van de
opgeladen accu.
WAARSCHUWING:
Zorg dat
de uiteinden van de rode accukabel
het chassis niet raken. Dit leidt tot
kortsluiting.
3. Sluit het ene uiteinde van de zwarte accukabel
aan op de NEGATIEVE (-) accupool (C) van de
opgeladen accu.
4. Sluit het andere uiteinde van de zwarte accukabel
aan op een CHASSISMASSA (D), uit de buurt van
de brandstoftank en de accu.
Startkabels verwijderen
Let op:
Verwijder de startkabels in omgekeerde
volgorde van aanbrengen.
1. Verwijder de ZWARTE kabel van het chassis.
2. Verwijder de ZWARTE kabel van de volledig
opgeladen accu.
3. Verwijder de RODE kabel van de 2 accu's.
Maaidek
Het maaidek verwijderen en monteren
Let op:
Als een ander accessoire dan het
maaidek wordt gebruikt, moeten de voorste stang
en achterste hefstangen van het product worden
verwijderd. Ook moet de veer van de koppelingskabel
in de kabelgeleider aan de voorkant van het onderste
dashboard worden geplaatst.
1. Ontkoppel het maaidek. Zie
inschakelen en ontkoppelen op pagina 111
.
110
.
3. Zet het maaidek in de laagste maaistand.
4. Verwijder de middelste trechter. Zie
trechter verwijderen en installeren op pagina 122
.
5. Verwijder de afdekking van de as (A).
H
J
I
E
H
I
K
G
D
A
F
H
B
C
6. Verwijder de koppelingskabel (B), druk de lip (C) in
en verwijder de koppelingskabel uit de houder.
7. Verwijder de aandrijfriem van de koppelingspoelie
(D).
1923 - 005 - 13.10.2022
121