5. Trek de chokeknop uit.
6. Houd het rempedaal volledig ingetrapt.
7. Steek de contactsleutel in het contact.
8. Draai de contactsleutel in de stand "START" en laat
de contactsleutel los wanneer de motor start.
OPGELET:
Laat de startmotor bij
het starten niet langer dan 15 seconden
per minuut draaien.
9. Als de motor start, zet u de gashendel in de snelle
stand om de motor op te warmen. Als het koud is,
duurt het enkele minuten voordat de motor warm is.
OPGELET:
Als de
omgevingstemperatuur lager is dan 4 °C,
moet u de motor 1 minuut stationair laten
draaien voordat u het product gebruikt.
Dit is om de transmissie op te warmen.
Zorg ervoor dat het rempedaal volledig is
losgelaten.
10. Duw de chokehendel in.
Motor starten als de accu zwak is
WAARSCHUWING:
Loodzuuraccu's kunnen explosieve gassen
genereren. Houd vonken, vuur en
rookproducten uit de buurt van accu's.
Draag altijd oogbescherming als u in de
buurt van accu's werkt.
Als de accu zo leeg is dat de motor niet kan worden
gestart, moet de accu worden opgeladen.
Als de startkabels worden gebruikt om de motor
in noodgevallen te starten, volg dan de volgende
procedures:
A
B
C
D
1. Sluit de uiteinden van de RODE kabel aan op de
PLUSKLEMMEN (+) van beide accu's (B-C).
OPGELET:
Let op dat er geen
kortsluiting ontstaat tegen het chassis
van de machine.
2. Sluit één uiteinde van de ZWARTE kabel aan op de
MINKLEM (-) (D) van een volledig opgeladen accu.
3. Sluit het andere uiteinde van de ZWARTE kabel (A)
aan op een goede chassismassa, uit de buurt van de
brandstoftank en de accu.
4. Verwijder de ZWARTE kabel van het chassis zodra
de zwakke accu volledig is opgeladen.
5. Verwijder de ZWARTE kabel van de volledig
opgeladen accu.
6. Verwijder de RODE kabel van de twee accu's.
Startkabels verwijderen
Let op:
Verwijder de startkabels in omgekeerde
volgorde van aanbrengen.
1. Verwijder de ZWARTE kabel van het chassis.
2. Verwijder de ZWARTE kabel van de volledig
opgeladen accu.
3. Verwijder de RODE kabel van de 2 accu's.
Het maaidek in de transportstand of
maaistand zetten
Het maaidek moet tijdens transport in de transportstand
staan.
• Om het product in de transportstand te zetten, trekt u
de maaihoogtehendel in de richting van de stoel en
zet u de hendel in de hoogste maaihoogtestand.
• Stel de juiste maaihoogte in om het product in de
maaistand te zetten. Zie
pagina 110
.
1923 - 005 - 13.10.2022
109