NL - 15
4. GEBRUIK VAN HET PRODUCT
4.1. Ovenbediening
Bedieningsknop ovenfunctie
Draai de knop naar het overeenstemmende
symbool van de gewenste kookfunctie.
Zie voor details van andere functies
'Ovenfuncties'.
Thermostaatknop oven
Draai na het kiezen van een kookfunctie
aan deze knop om de gewenste
temperatuur in te stellen. Het lampje van
de oventhermostaat zal branden als de
thermostaat in werking is om de oven op te
warmen of de temperatuur te behouden.
Ovenfuncties
* De ovenfuncties kunnen afhankelijk van
het model van uw product verschillen.
Ovenverlichting:
Alleen de
ovenverlichting gaat
aan. Deze blijft aan
zolang de
bereidingsfunctie
duurt.
Ontdooifunctie:
De
waarschuwingsverlichting van de oven gaat
branden en de ventilator treedt in werking.
Om de ontdooifunctie te gebruiken, plaatst
u het bevroren voedsel in de oven op een
bakplaat die zich op de derde richel van
onder bevindt. Het is raadzaam om een
ovenschaal onder het ontdooiende voedsel
te plaatsen om het water dat ontstaat door
het smelten van ijs op te vangen. Deze
functie kookt of bakt uw voedsel niet. Het
helpt alleen bij het ontdooien ervan.
Turbofunctie:
Het
thermostaatlampje en
waarschuwingslampje
van de oven gaan aan
en het
ringverwarmingselement en de ventilator
treden in werking. De turbofunctie
verspreidt de hitte gelijkmatig door de oven
zodat alle schotels op alle rekken
gelijkmatig worden bereid. Het is raadzaam
om de oven ongeveer 10 minuten voor te
verwarmen.
Functie statisch
koken:
Het
thermostaatlampje en
waarschuwingslampje
van de oven gaan aan
en de onderste en
bovenste
verwarmingselementen
treden in werking. De functie statisch koken
geeft hitte af, wat een gelijkmatige bereiding
van het voedsel garandeert. Dit is ideaal
voor het bereiden van gebak, cake,
pastaschotels, lasagne en pizza. Het is
raadzaam om de oven gedurende 10
minuten voor te verwarmen en het is het
beste in deze functie één bakplaat tegelijk
te gebruiken.
Functie
onderwarmte:
Het
thermostaatlampje en
waarschuwingslampje
van de oven gaan aan
en het onderste
verwarmingselement
treedt in werking. De
functie onderwarmte is ideaal voor het
bakken van pizza, omdat de warmte vanuit
de onderkant van de oven komt en het
voedsel opwarmt. Deze functie is geschikt
voor opwarmen van het eten, niet voor
bereiding.
Functie
bovenwarmte:
Het
thermostaatlampje en
waarschuwingslampje
van de oven gaan aan
en het bovenste
verwarmingselement
treedt in werking. Bij
deze kookfunctie bakt de warmte afkomstig
van het bovenste verhittingselement de
bovenkant van het eten. De functie
bovenwarmte is ideaal voor bakken van de
bovenkant van reeds bereide schotels en
voor het opwarmen van eten.
Ventilatiefunctie:
Het
thermostaatlampje en
waarschuwingslampje
van de oven gaan aan
en het bovenste en
onderste
verwarmingselement
en de ventilator treden in werking. Deze
functie is geschikt voor het bakken van