Nederlands
52
䡬
Let er op dat er in het gebruik geen zaagsel, grond,
vocht enz. de machine binnen kunnen komen via
het plunjerdeel. Als er zich daar zaagsel enz.
opgehoopt heeft, dient u de machine schoon te
maken voor gebruik (zie
Afb. 5
).
䡬
Verwijder in geen geval de voor-afdekking. Houd
de behuizing vast vanaf de bovenkant van de voor-
afdekking (zie
Afb. 5
).
䡬
Druk de voetplaat tegen het materiaal wanneer u
aan het zagen bent. Het zaagblad kan door trillingen
beschadigd raken als u de voetplaat niet goed tegen
uw werkstuk aandrukt.
Daarnaast is het mogelijk dat de punt van het
zaagblad in contact komt met de binnenkant van
een te zagen pijp, waardoor het zaagblad beschadigd
kan raken.
䡬
Kies een zaagblad met een geschikte lengte. Het
zaagblad moet in de meest ingetrokken stand van
de slag nog onder het te zagen materiaal uitsteken
(zie
Afb. 18
en
Afb. 20
).
Als u een grote pijp, een groot stuk hout enz. moet
zagen die de maat van het zaagblad overschrijdt,
dan bestaat het gevaar dat het zaagblad beschadigd
raakt door contact met de binnenkant van de pijp
of het hout enz (
Afb. 19
,
Afb. 21
).
1. Bediening van de schakelaar
(1) Ontgrendelknop
Dit gereedschap is uitgerust met een ontgrendelknop.
Om de trekkerschakelaar te activeren, dient u de
knop in de rechter stand te zetten. Beweeg de knop
naar links om het gereedschap te bedienen (
Afb. 17
).
U moet de schakelaar te allen tijde vergrendelen
wanneer u het gereedschap vervoert of opbergt, om
te voorkomen dat het per ongeluk gestart kan worden.
(2) Trekkerschakelaar
Dit gereedschap is uitgerust met een trekkerschakelaar
waarmee de snelheid geregeld kan worden. Het
gereedschap kan worden in- of uitgeschakeld door
de trekker over te halen, respectievelijk los te laten.
Via de trekkerschakelaar kunt u de bladsnelheid
regelen tussen de minimum stand en de maximale
opgegeven bladsnelheid. Oefen een grotere druk uit
op de trekker om de snelheid te verhogen en minder
druk om de snelheid te verlagen.
2. Zagen van metalen
VOORZICHTIG
䡬
Druk de voetplaat stevig tegen het werkstuk.
䡬
Oefen geen onredelijk grote kracht uit op het
zaagblad terwijl u aan het zagen bent. Hierdoor kan
het zaagblad gemakkelijk breken.
䡬
Het is mogelijk dat de motor soms vastloopt,
afhankelijk van de combinatie van het te zagen
materiaal en het gebruikte zaagblad. Wanneer de
motor vastloopt, dient u deze onmiddellijk uit te
schakelen.
(1) Zet uw werkstuk stevig vast voor u begint te zagen
(
Afb. 22
).
(2) Gebruik een geschikte machine-olie (turbine-olie enz.)
wanneer u metalen gaat zagen. Doe vet op het
werkstuk wanneer u geen vloeibare machine-olie
kunt gebruiken.
VOORZICHTIG
De levensduur van het zaagblad zal drastisch bekort
worden als u geen machine-olie gebruikt.
3. Hout zagen
U moet uw werkstuk stevig vastzetten wanneer u
hout wilt gaan zagen (
Afb. 23
).
VOORZICHTIG
䡬
Oefen geen onredelijk grote kracht uit op het
zaagblad terwijl u aan het zagen bent. Vergeet ook
niet om de voetplaat stevig het hout aan te drukken.
4. Bochten zagen
We raden u aan het juiste BIMETAL zaagblad uit
Tabel 6
te gebruiken, omdat deze bladen duurzaam
zijn en zelden breken.
VOORZICHTIG
Zaag langzamer wanneer u het materiaal in kleine
bochten moet zagen. Probeert u te snel te zagen,
dan kan het zaagblad breken.
5. Middenin beginnen
Met dit gereedschap kunt u stukken uit het midden
van triplex plaat en andere dunne plaatmaterialen
zagen. U kunt vrij eenvoudig middenin uw werkstuk
beginnen te zagen wanneer u het zaagblad
achterstevoren monteert, zoals aangegeven in
Afb.
25
,
Afb. 27
en
Afb. 29
. Gebruik een zo kort en dik
mogelijk zaagblad. We raden u aan bi-metaal
zaagblad Nr. 132, zoals vermeld in
Tabel 6
te
gebruiken. Wees voorzichtig bij het zagen en neem
de volgende procedures in acht.
(1) Houd het onderste (of bovenste) deel van de
voetplaat tegen het te zagen materiaal. Druk de
trekkerschakelaar in terwijl u de tip van het zaagblad
iets bij het te zagen materiaal vandaan houdt (
Afb.
24
,
Afb. 25
).
(2) Kantel de handgreep langzaam naar boven en zaag
zo stukje voor stukje met het zaagblad in het te
zagen materiaal (
Afb. 26
,
Afb. 27
).
(3) Houd de behuizing stevig vast totdat het zaagblad
helemaal in het te zagen materiaal zit (
Afb. 28
,
Afb. 29
).
VOORZICHTIG
䡬
Probeer niet middenin metaal te beginnen met zagen.
Hierdoor kan het zaagblad gemakkelijk beschadigen.
䡬
Druk de trekkerschakelaar niet in terwijl de tip van
het zaagblad tegen het te zagen materiaal aan zit.
Hierdoor kan het zaagblad tegen het materiaal aan
stoten en beschadigd raken.
䡬
U moet langzaam zagen en de behuizing stevig vast
houden. Als u onredelijk veel kracht uitoefent op
het zaagblad terwijl u aan het zagen bent, kan het
zaagblad gemakkelijk beschadigd raken.
OPMERKING
Het gebruik van de BSL1430 en BSL1830 batterij bij
lage temperaturen (onder nul) kan soms een zwakker
aantrekkoppel en slechtere werking van het
gereedschap tot gevolg hebben. Dit is slechts tijdelijk
en de werking zal weer normaal zijn als de batterij
weer op normale temperatuur is.
6. Over de indicator van de resterende acculading
Wanneer u op de indicatieschakelaar van de
resterende acculading drukt, licht het indicatielampje
van de resterende acculading op en kunt u de
resterende acculading controleren. (
Afb. 30
) Wanneer
u uw vinger van de indicatieschakelaar van de
resterende acculading haalt, dooft het
indicatielampje. In
Tabel 4
vindt u de status van
het indicatielampje van de resterende acculading en
de resterende acculading.
05Ned_CR14DSL_WE
6/4/08, 11:59
52
Summary of Contents for CR 14DSL
Page 6: ...5 23 27 28 29 30 21 22 25 26 24 T U 002Table_CR14DSL_WE 6 4 08 11 57 5 ...
Page 78: ...77 09Back_CR14DSL_WE 6 4 08 12 00 77 ...
Page 80: ...79 1 2 3 4 5 09Back_CR14DSL_WE 6 4 08 12 00 79 ...
Page 81: ...80 09Back_CR14DSL_WE 6 4 08 12 00 80 ...