27
NEDERLANDS
N
L
De compressor ontvochtigt tot de gewenste inge-
stelde waarde voor de luchtvochtigheid is bereikt
en wordt dan uitgeschakeld. De ventilator blijft
dan nog gedurende 1 minuut draaien. Wanne-
er de relatieve luchtvochtigheid weer oploopt,
wordt de compressor opnieuw ingeschakeld.
Aanwijzing
Wanneer de vochtigheid is ingesteld op de
minimale waarde (10%), wordt standaard de
continue ontvochtigingsfunctie geactiveerd.
Nadat de compressor is uitgeschakeld, kan deze
pas na 3 minuten opnieuw worden ingeschakeld.
Correctiewaarde voor de vochtigheid instellen
Houd de knop ‚TIMER‘ ten minste 10 secon-
den ingedrukt. Hierdoor activeert u de functie
voor het instellen van de correctiewaarde van
de vochtigheid. In het display worden ‚SET‘ en
‚CURRENT‘ weergegeven. Stel de gewenste cor-
rectie in met behulp van de knoppen ‚+‘ en ‚-‘.
Instelling ‚Druk vasthouden‘
Houd de knop ‚TIMER‘ ten minste 10 seconden
ingedrukt. Druk nogmaals op de knop ‚TIMER‘
om de functie voor het instellen van de systeem-
bescherming (Druk vasthouden) te activeren.
Gebruik de knoppen ‚+‘ en ‚-‘ om de instelling te
wisselen tussen ‚ON‘ (standaardinstelling) en ‚OFF‘.
Automatisch ontijzen
Om te voorkomen dat in het apparaat bij continu-
bedrijf ijsvorming ontstaat, ontijst het apparaat
zelf automatisch. Daarbij wordt de ontvochti-
ging ingesteld en blijft de ventilator draaien.
Netaansluiting
Het gebruik is slechts met een fout-
stroomschakelaar (RCD max. foutstroom van 30
mA) toegestaan.
Voor de inbedrijfstelling moet door een bevo-
egde elektricien gecontroleerd worden of alle
vereiste elektrische veiligheidsmaatregelen
aanwezig zijn. Hierbij moeten de nationale
voorschriften in acht worden genomen.
De elektrische aansluiting moet d.m.v.
een stopcontact plaatsvinden.
Let er op dat het stopcontact ver van wa-
ter en vocht is verwijderd en dat de stek-
ker voor vocht wordt beschermd.
Spanning controleren. De op het plaatje aangegeven
technische gegevens moeten in overeenstem-
ming zijn met de spanning van het stroomnet.
Gebruik uitsluitend een voor buitenwerk ge-
schikte, spatwaterdichte verlengsnoer.
Voor de inbedrijfneming van het apparaat
controleren of de elektrische kabel en/of
het stopcontact niet beschadigd zijn.
Gebruik het laadapparaat nooit als de kabel,
de stekker of het apparaat zelf beschadigd zijn
door externe invloeden. Bij beschadigingen in
een vakkundige werkplaats laten repareren.
Ter vermijding van gevaren dient een bescha-
digde netkabel te worden vervangen door
de fabrikant. Voer nooit zelf reparaties uit.
Ontkoppel de kabelverbindingen enkel door te
trekken aan de stekker. Trekken aan de kabel kan de
kabel en de stekker beschadigen en de elektrische
veiligheid zou niet meer gewaarborgd zijn.
Symbolen
WAARSCHUWING/Opgelet!
Waarschuwing voor gevaar-
lijke elektrische spanning
230 VAC
Spanning controleren. De op het plaatje
aangegeven technische gegevens
moeten in overeenstemming zijn met
de spanning van het stroomnet.
Voor verlaging van een letselrisico
de gebruiksaanwijzing lezen.
Voor het uitvoeren van willekeurige
werkzaamheden aan het apparaat de
stekker uit het stopcontact nemen.
~
Wisselstroom
CE Symbool
Beschadigde en/of verwijderde
elektrische of elektronische appa-
raten bij de daarvoor bestemde
recyclingplaatsen afleveren
Onderhoud
Voor het uitvoeren van willekeurige
werkzaamheden aan het apparaat de
stekker uit het stopcontact nemen.
Reparaties en werkzaamheden, die niet in deze
aanwijzing worden beschreven, enkel door
gekwalificeerd personeel laten uitvoeren.
Dit apparaat bevat koelmiddel. Alleen opgelei-
de monteurs met het koudemiddelcertificaat
mogen het apparaat vullen c.q. legen. Uw
klimaatregelingapparaat hoeft bij oordeelkun-
dig gebruik en onbeschadigd koelmiddelcircuit
niet met koelmiddel te worden nagevuld.
Dit apparaat moet onbeschadigd en volgens
de lokale voorschriften worden afgevoerd.
Gebruik alléén origineel toebe-
horen en originele onderdelen.