33
NEDERLANDS
NL
Veiligheidsschoenen met bescherming
tegen insnijden, geribde zolen en stalen
neuzen dragen!
Waarschuwing voor weggeslingerde
onderdelen
Waarschuwing voor handletsels
Houd in de omgeving staande personen
op een veilige afstand van de machine
(minimaal 5 m)
Waarschuwing voor gevaarlijke elektri-
sche spanning
Tegen vocht beschermen
Verpakkingsoriëntering boven
Accu enkel in een omge-
vingstemperatuur tussen
+10°C en +40°C gebruiken.
Accu tegen water en vocht
beschermen.
Laad de accu voor het
opbergen op.
Veiligheidsadviezen
WAARSCHUWING
Lees alle veiligheidsinstructies en aanwijzingen
door - ook die in de bijgeleverde brochure. Als de
waarschuwingen en voorschriften niet worden opge-
volgd, kan dit een elektrische schok, brand of ernstig
letsel tot gevolg hebben. Bewaar alle waarschuwin-
gen en voorschriften voor toekomstig gebruik.
Houd kinderen en overige personen evenals dieren
tijdens het gebruik van het apparaat op afstand. De
minimale veiligheidsafstand bedraagt 5 m.
Draag persoonlijke beschermende uitrusting.
Draag stevige schoenen en een lange broek. Gebruik
het apparaat nooit met blote voeten of in lichte
sandalen.
Draag beschermende handschoenen, indien het
noodzakelijk is.
Gebruik het apparaat enkel bij daglicht of in een goed
verlichtte omgeving.
Controleer zorgvuldig de plaats waar de machine
wordt gebruikt en verwijder alle voorwerpen die
gegrepen en weggeslingerd kunnen worden.
Voor zover mogelijk, vermijd gebruik van dit product
op nat gras.
Voer altijd voor het begin van de werkzaamheden een
visuele controle uit om vast te stellen of het apparaat,
met name de maaiwerktuigen, bevestigingsonder-
delen en de gehele maai-eenheid , beschadigd zijn.
Voor het gebruik altijd door een visuele
controle vaststellen dat de maaimessen, de
messchroeven en de maai-eenheid niet bot,
versleten of beschadigd zijn. Versleten of
beschadigde messen en schroeven vervangen om
een evenwichtige loop te garanderen.
Het is streng verboden de aan de machine
aangebrachte veiligheidsinrichtingen te
demonteren, het gebruiksdoel te veranderen of
vreemde beschermingsinrichtingen aan te
brengen.
Het apparaat mag niet gebruikt worden, als
het beschadigd is of de beschermingsinrichtingen
defect zijn. Vervang versleten of beschadigde
onderdelen.
Start de motor enkel dan als uw voeten op een veilige
afstand van de maaiwerktuigen zijn.
Kantel bij het starten de machine niet.
Start de machine niet, als u voor de uitwerpopening
staat.
Loop gewoon! Niet rennen!
Zorg altijd voor een veilige positie, in het bijzonder op
hellingen. Maai niet op te steile hellingen. Wees bij-
zonder voorzichtig, als u op hellingen van rijrichting
verandert.
Wees uitzonderlijk voorzichtig, als u zich omdraait en
de machine naar u toe trekt.
Schakel de grasmaaier altijd uit, indien deze ge-
dragen, gekanteld of buiten de grasvlakten wordt
bewogen. Wacht, tot alle draaiende onderdelen tot
stilstand zijn gekomen.
Indien een vreemd voorwerp wordt getroffen of tril-
lingen ontstaan, dient u het apparaat uit te schakelen
en de bougiestekker uit te nemen. Controleer of het
apparaat beschadigd is. Eventuele schades repareren.
Schakel de machine onmiddellijk uit nadat de werk-
zaamheden zijn beëindigd.
Stop de machine en neem de contactsleutel uit.
Wacht, tot alle draaiende onderdelen tot stilstand
zijn gekomen en het apparaat afgekoeld is. Neem de
sleutel er uit
• altijd, als u het apparaat verlaat
• Om een geblokkeerd mes vrij te maken.
• Om de maaihoogte in te stellen.
• Om de opvangzak te legen.
• Als een vreemd voorwerp werd geraakt (Contro-
leer de grasmaaier op schades. Reparaties dienen
uitgevoerd te worden voordat het apparaat
opnieuw in gebruik wordt genomen.)
• Om de maaier op te tillen of weg te dragen
• Om de maaier te kantelen of te transporteren (bijv.
van aar grasveld of bij oversteken van wegen)
• Voordat de grasmaaier wordt gecontroleerd,
schoongemaakt of andere werkzaamheden aan
het apparaat worden uitgevoerd.
Summary of Contents for 321/25 Li-Ion
Page 83: ......