115
NL
Speciale veiligheidsvoorschriften
Alleen voor gebruik buitenshuis, bij droog
weer. Gebruik de grastrimmer niet als het
gras nat of vochtig is van regen of dauw.
Gebruik altijd oorbescherming,
veiligheidsbril, overall en
veiligheidsschoenen als u de grastrimmer
gebruikt.
Zorg dat mensen en dieren op een afstand
van 15 meter blijven wanneer de machine is
ingeschakeld.
Houd er rekening mee dat het geluid van
de grastrimmer ervoor kan zorgen dat
u waarschuwingen of andere geluiden
niet kunt horen. Houd rekening met uw
omgeving wanneer u de grastrimmer
gebruikt.
Verwijder altijd de accu voordat u de
grastrimmer instelt, onderhoudt of weg zet.
Leg de grastrimmer nooit neer totdat
deze volledig is gestopt. De trimmerkop
zal een korte tijd blijven werken nadat de
grastrimmer is uitgeschakeld.
Een paar stevige werkhandschoenen kunnen
de trillingen in uw handen verminderen.
Verwijder alle objecten uit het gras dat
gemaaid moet worden voordat u begint.
Hierdoor wordt vermeden dat ze omhoog
worden geworpen door de trimlijn.
Om de levensduur van de grastrimmer te
verlengen, dient u het raken van stenen en
gelijksoortige objecten te vermijden.
Houd de handen en vingers weg van de
trimmerkop en trimmerlijn wanneer de
trimmer in werking is.
Gebruik de grastrimmer nooit als de aan/uit-
knop of veiligheidsknop defect is.
Gebruik de grastrimmer nooit zonder de
trimmerkap.
Veiligheidsinstructies voor accu en
lader
Laad geen andere accu’s op met de lader,
zelfs als ze dezelfde specifi caties hebben als
de geleverde accu.
Laad de accu niet op met een andere lader,
zelfs als deze dezelfde specifi caties heeft als
de geleverde lader.
Dek de polen van de lader en de accu voor
af wanneer de onderdelen niet gebruikt
worden. Als ze in contact komen met
vloeistof, metalen onderdelen of andere
geleidende materialen, kan dat leiden tot
kortsluiting.
Gebruik de lader nooit als accu, lader of
snoer beschadigd is.
De accu mag alleen binnen worden
opgeladen bij een omgevingstemperatuur
van 5 tot 40 °C.
De accu en lader kunnen heet worden tijdens
het opladen. Dit is volledig normaal.
Gebruik uitsluitend accu’s en laders
die voor het apparaat ontworpen
zijn.
Accu’s
• Onder geen voorwaarde openen.
• Niet op plaatsen bewaren waar de
temperatuur hoger kan zijn dan 40 °C.
• Alleen opladen in een ruimte met een
temperatuur tussen de 4 en 40 °C.
• Accu’s afvoeren volgens de lokale
regelgeving.
