![Grizzly BRM 46-140 BSA Q-360 InStart Translation Of The Original Instructions For Use Download Page 75](http://html1.mh-extra.com/html/grizzly/brm-46-140-bsa-q-360-instart/brm-46-140-bsa-q-360-instart_translation-of-the-original-instructions-for-use_2266758075.webp)
75
NL
paraat mag de tankdop niet ge
-
opend of benzine bijgevuld worden.
- Indien er benzine overgelopen is,
mag er geen poging ondernomen
worden, de motor te starten. In
plaats daarvan dient het apparaat
van het door benzine bevuilde op-
pervlak gereinigd te worden. Iedere
ontstekingspoging dient vermeden
te worden totdat benzinedampen
verdampt zijn.
- Omwille van de veiligheid dienen
benzinetank- en andere tankdop-
pen bij beschadiging uitgewisseld te
worden.
• vervang defecte geluiddempers.
• Vóór het gebruik dient er altijd een
visuele controle doorgevoerd te wor-
den, of het snoeigereedschap, de
bevestigingsbouten en de complete
snoei-eenheid versleten of bescha-
digd is/zijn. Om een onbalans te
vermijden, mag/mogen versleten of
beschadigd gereedschap en bouten
slechts per paar uitgewisseld worden.
• Wees voorzichtig bij apparaten met
verschillend snoeigereedschap omdat
de beweging van een mes tot rotatie
van de overige messen kan leiden.
• Gebruik uitsluitend reserveonderdelen
en aan slijtage onderhevige toebeho-
ren, die door de fabrikant geleverd en
aanbevolen worden. Het gebruik van
vreemde onderdelen kan tot verwon
-
dingen leiden en heeft een onmiddellijk
verlies van de garantieclaim tot gevolg.
Hantering:
• Laat de verbrandingsmotor niet draai
-
en in gesloten lokalen, waar er zich
gevaarlijk koolmonoxide kan ophopen.
• Maai uitsluitend bij daglicht of bij een
goede kunstmatige verlichting. Een
onverlicht werkterrein kan tot ongeval-
len leiden.
• Vermijd zo mogelijk het gebruik van
het apparaat bij nat gras.
• Let altijd op een veilige stand, in het
bijzonder op hellingen. Daardoor kunt
u het apparaat in onverwachte situa-
ties beter controleren.
- Werk altijd dwars op de helling,
nooit op- of neerwaarts.
- Wees uiterst voorzichtig als u de
rijdrichting op de helling wijzigt.
- Maai niet op overdreven steile hel-
lingen
(max. 10°)
.
• Beweeg het apparaat slechts stap-
voets voort.
• Wees uiterst voorzichtig wanneer u het
apparaat omkeert of het naar u toe trekt.
• Houd het snoeigereedschap stil wan-
neer het apparaat gekanteld moet
worden, voor het transport op andere
vlakten dan gras en wanneer het ap-
paraat van de te maaien vlakte weg of
in de richting van de te maaien opper
-
vlakte voortbewogen wordt.
• Gebruik nooit het apparaat met be
-
schadigde beschermingsinrichtingen
of beschermroosters of zonder aan
-
gebouwde beschermingsinrichtingen,
bijvoorbeeld stootbescherming en/of
grasvanginrichtingen. Daardoor wordt
ervoor gezorgd dat de veiligheid van
het apparaat gehandhaafd blijft.
• Wijzig de regelaarinstelling van de
motor niet of draai deze niet dol. U zou
het apparaat kunnen beschadigen.
• Voordat u de motor start, ontkoppelt u
al het snoeigereedschap en alle aan-
drijvingen.
• Start of activeer de startschakelaar
met voorzichtigheid en dit in overeen
-
stemming met de door de fabrikant
verstrekte instructies. Let op vol-
doende afstand van de voeten tot het
snoeigereedschap. Er bestaat gevaar