NL
Gebruikershandleiding
2 - Groene lampje (2) - elektriciteit aan
(Voltage)
Deze gaat aan als het apparaat met de
stekker op het stroomnet wordt aangesloten
en de stroomtoevoer ingeschakeld is. Dit
groene lampje geeft geen informatie over de
temperatuur binnenin de vriezer.
3 - Rood lampje (3) - Hoge temperatuur
alarm
4 - Instellen van de thermostaatregelaar
Alarm hoge temperatuur
Nadat het toestel voor de eerste keer is
ingeschakeld is het alarm gedurende 12 uur
niet actief (het rode lampje is uitgeschakeld).
Na deze tijdsperiode gaat in de volgende
situaties het rode lampje branden:
-
Als het toestel te vol is geladen met verse
etenswaren.
-
Als de deur onbedoeld is open blijven staan.
In deze situaties zal het rode lampje
ononderbroken aanstaan totdat het apparaat
de vooraf ingestelde temperatuur bereikt.
Als het rode lampje nog steeds brandt, wacht
dan 24 uur voordat u de GRAM
onderhoudsdienst belt.
Vóór ingebruikstelling
Laatste controle
Controleer vóór ingebruikstelling van het
apparaat of:
1. De voetjes zo zijn afgesteld dat de koelkast
perfect recht staat.
2. De binnenkant droog is en dat de lucht aan
de achterkant van het apparaat vrij kan
circuleren
3. De binnenkant schoon is zoals aanbevolen
in het hoofdstuk "Schoonmaak en
onderhoud".
4. De stekker in het stopcontact zit en de
elektriciteit is aangesloten.
Vermijd onbedoelde uitschakeling door
plakband op de schakelaar te plakken.
Ter informatie:
5. U hoort een geluid wanneer de compressor
start. De vloeistof en de gassen die zich in het
koelsysteem bevinden, kunnen ook wat
lawaai veroorzaken ongeacht of de
compressor werkt. Dit is normaal.
6. Een lichte golving van de bovenkant van de
koelkast is normaal wegens het gebruikte
fabricatieproces; het is geen defect.
7. Wij raden u aan de knop op het midden in
te stellen en de temperatuur te volgen, zodat
het apparaat de vereiste bewaartemperaturen
behoudt (sie het hoofdstuk
"Temperatuurregeling en -aanpassing").
8. Het apparaat niet onmiddellijk na
inschakeling volladen. Wacht tot de juiste
bewaartemperatuur wordt bereikt. Wij raden u
aan de temperatuur op te meten met een
nauwkeurige thermometer (zie hoofdstuk
"Temperatuurregeling en -aanpassing").
Bewaren van bevroren etenswaren
Uw diepvriezer is geschikt voor het langdurig
bewaren van diepvriesproducten en kan ook
worden gebruikt voor het invriezen en
bewaren van verse etenswaren.
In geval van stroomstoring moet u de deur
niet openen. Bevroren etenswaren
ondervinden geen hinder indien de storming
minder dan 20 uur duur. Als de storing langer
aanhoudt, dient het voedsel te worden
gecontroleerd en ofwel onmiddellijk te worden
geconsumeerd of te worden bereid en daarna
opnieuw ingevroren.
Verse etenswaren invriezen
Gelieve de volgende instructies in acht te
nemen om de beste resultaten te bereiken.
Vries nooit een al te grote hoeveelheid in één
keer in. De kwaliteit van het eten blijft het best
geconserveerd wanneer het zo snel mogelijk
goed wordt diepgevroren.
Overschrijd de vriescapaciteit van uw toestel
niet binnen een tijdspanne van 24 uur.
Warm eten in het diepvriesvak plaatsen heeft
tot gevolg dat de compressor aan één stuk
door blijft koelen totdat het eten compact is
bevroren. Dit kan tijdelijk leiden tot een
overmatige afkoeling van het
koelkastgedeelte.
Houd de thermostaatknop op de
middenpositie wanneer u verse etenswaren
invriest. Kleine hoeveelheden etenswaren, tot
½ kg (1 lb.), kunnen worden ingevroren
zonder de thermostaatknop te verdraaien.
IJsblokjes maken
De vorm voor ¾ met water vullen en in het
vriesvak plaatsen. Maak aangevroren vormen
los met het uiteinde van een lepel of een
gelijkaardig voorwerp; gebruik nooit scherpe
voorwerpen, zoals messen of vorken.
44