GeoMax ZEL400H+, User Manual

Page: 265 / 294

Controleren en Inregelen | 21
Als de markeringen op 100 meter meer dan 15 mm van elkaar zijn verwij-
derd, moet de Y-as worden gekalibreerd.
4.1.2 Horizontaal kalibreren

• De laser moet worden gekalibreerd om ervoor te zorgen dat de straal
precies tussen de twee markeringen terechtkomt (stap 3 en 4 in "4.1.1
Horizontaal controleren").
• Met de toetsen op de laser of met de ZDR300 in de afstandsbedienings-
modus kunt u het kalibreren eenvoudig uitvoeren.
Kalibreren van de
X-as 1. Schakel de laser uit voordat u overschakelt naar de kalibreermodus. Druk
hierna op de aan/uit toets. Direct na het loslaten van de aan/uit toets,
drukt u op de rotatietoets, zolang dat de X-LED indicator gaat branden.
2. Hierna laat u de rotatietoets los.
3. De X-LED gaat nu snel knipperen, hetgeen betekent dat de laser gereed is
om in de X-richting te worden gekalibreerd.
4. De X-LED indicator (19) gaat nu snel knipperen, hetgeen betekent dat de
laser gereed is om in de X-richting te worden gekalibreerd. Als u de laser
niet hebt verplaatst, kunt u de X-markeringen gebruiken die u in stap 3 en
4 van 6.1.1. hebt gemaakt ("4.1.1 Horizontaal controleren").
5. Markeer het punt dat zich precies tussen de twee markeringen bevindt.
6. Terwijl X1 in de richting van de markeringen staat, richt u de laserstraal
boven of onder de middenmarkering met behulp van toets (11B) of (11C)
op de laser of met behulp van toets (2) of (3) op de ZDR300.