NL
19
Draag altijd goedgekeurde gehoorbescherming.
Draag altijd goedgekeurde oogbescherming.
Verwijder de accu vóór reinigings- of onderhouds-
werkzaamheden.
Stel het apparaat niet bloot aan regen.
GEVAAR! Verwondingsgevaar voor andere personen!
Houd andere personen uit de buurt van het gedeelte
waar u werkt.
Voor de acculader:
Trek de stekker direct uit het stopcontact, wanneer het snoer
beschadigd of doorgesneden werd.
Algemene veiligheidsaanwijzingen
Elektrische veiligheid
GEVAAR! Elektrische schok!
Risico op letsel door een elektrische schok.
v
Het product moet worden gevoed via een aardlekschakelaar (RCD)
met een nominale aardlekstroom van maximaal 30 mA.
Voorkom een abnormale lichaamshouding en zorg dat u altijd uw evenwicht
behoudt, zodat u altijd veilig op hellingen staat. Loop normaal, ren niet.
Raak geen bewegende, gevaarlijke onderdelen aan voordat de stroomtoevoer
naar de machine is onderbroken en de bewegende, gevaarlijke onderdelen
volledig tot stilstand zijn gekomen.
Draag tijdens de bediening van de machine altijd stevige schoenen en een lange
broek.
Veilige werking
1 Scholing
a) Lees de handleiding aandachtig door. Maakt u zich vertrouwd met de afstel-
componenten en het oordeelkundige gebruik van de machine.
b) Sta het nooit toe aan personen die niet vertrouwd zijn met deze instructies of
aan kinderen om de machine te gebruiken. Ter plaatse geldende voorschriften
kunnen strengere eisen stellen aan de leeftijd van de gebruiker.
c) Er dient op te worden gelet dat de gebruiker zelf bij ongevallen of ontstane
gevaren verantwoordelijk is tegenover derden of hun eigendommen.
2 Voorbereiding
a) Voor het gebruik dient de aansluit- en verlengsnoer ten aanzien van tekenen
van beschadiging of ouderdom te worden onderzocht. Indien het snoer tij-
dens het gebruik beschadigd wordt, dient deze onmiddellijk van het net te
worden gescheiden. RAAK HET SNOER NIET AAN, VOORDAT HET VAN HET
NET WORDT GESCHEIDEN. Gebruik de machine niet, wanneer het snoer
beschadigd of versleten is.
b) Voor het gebruik dient de machine optisch ten aanzien van beschadigde,
ontbrekende of verkeerd aangebrachte beschermende voor zieningen of
-kappen te worden gecontroleerd.
c) Neem de machine nooit in gebruik, wanneer er personen, met name kinderen,
of huisdieren in de buurt zijn.
3 Gebruik
a) Aansluit- en verlengsnoer uit de buurt van de snij-inrichting houden.
b) Tijdens het gehele gebruik van de machine dient men stevige schoenen en
een oogbeschermer te worden gedragen.
c) Het gebruik van de machine bij slecht weer, met name bij gevaar voor blikse-
minslag, dient te worden voorkomen.
d) De machine mag alleen bij daglicht of bij goede kunstverlichting worden
gebruikt.
e) Gebruik de machine nooit met een beschadigde veiligheidskap of bescher-
mende voorziening resp. zonder veiligheidskap of beschermende voorzienin-
gen.
f) Schakel de motor alleen in wanneer de handen en voeten buiten het bereik
van de snij-inrichting zijn.
g) Scheid de machine altijd van de stroomvoorziening (d. w. z. stekker van
het stroomnet scheiden, de blokkeerinrichting of de uitneembare batterij
verwijderen)
1) altijd, wanneer de machine zonder toezicht wordt gelaten;
2) voor het verwijderen van een blokkering;
3) Voor het controleren, reinigen of bewerken van de machine;
4) na het contact met een vreemd voorwerp;
5) altijd wanneer de machine abnormaal begint te trillen.
h) Pas op voor verwondingen door de snij-inrichtingen aan voeten en handen.
i) Zorg er altijd voor dat de ventilatie-openingen vrij worden gehouden van
vreemde voorwerpen.
4 Onderhoud en bewaring
a) De machine dient van de stroomvoorziening te worden gescheiden
(d. w. z. stekker uit het stopcontact trekken, de blokkeerinrichting of de
uitneembare accu verwijderen), voordat er onderhouds- of reinigings-
werkzaamheden worden uitgevoerd.
b) Alleen de door de fabrikant aanbevolen reserveonderdelen en accessoires
mogen worden gebruikt.
c) de machine dient regelmatig te worden gecon troleerd en te worden onder-
houden. Laat de machine uitsluitend door een dealerwerkplaats repareren.
d) Als de machine niet in gebruik is, dient deze buiten het bereik van kinderen
te worden bewaard.
Extra veiligheidsaanwijzingen
Veilige omgang met accu’s
Lees alle veiligheidsaanwijzingen en instructies.
Nalatigheden bij het in acht nemen van de veiligheidsaanwijzingen en instructies
kunnen een elektrische schok, brand en/of ernstige verwondingen veroorzaken.
Bewaar deze instructies goed. Gebruik de acculader alleen, wanneer u alle
functies volledig kunt beoordelen en zonder beperkingen kunt uitvoeren of des-
betreffende instructies hebt gekregen.
v
Houd toezicht op kinderen bij gebruik, reiniging en onderhoud.
Daarmee wordt gewaarborgd dat kinderen niet met de acculader spelen.
v
Laad alleen Li-ion accu’s op van het POWER FOR ALL-systeem van
het type PBA 18V. vanaf een capaciteit van 1,5 Ah (vanaf 5 accucellen).
De accuspanning moet passen bij de accu-oplaadspanning van de
acculader. Laad geen accu’s op die niet oplaadbaar zijn.
Anders bestaat er brand- en explosiegevaar.
v
Houd de acculader uit de buurt van regen of vocht.
Het binnendringen van water in een elektrisch apparaat verhoogt het
risico op een elektrische schok.
v
Zorg dat de acculader schoon blijft.
Door verontreiniging bestaat het risico op een elektrische schok.
v
Controleer de acculader, het snoer en de stekker vóór elk gebruik.
Gebruik de acculader niet, wanneer u schades constateert. Open de
acculader niet zelf en laat deze alleen repareren door gekwalificeerd
geschoold personeel en alleen met originele onderdelen. Beschadigde
acculaders, snoeren en stekkers verhogen het risico op een elektrische schok.
v
Gebruik de acculader niet op een ondergrond die gemakkelijk in brand
kan vliegen (bijv. papier, textiel enz.) of in een brandbare omgeving. Er
bestaat brandgevaar doordat de acculader tijdens het opladen warm wordt.
v
Wanneer de voedingskabel moet worden vervangen, moet dit door GARDENA
of een erkende klantenservicedienst voor elektrische gereedschappen van
GARDENA worden uitgevoerd om veiligheidsrisico’s te voorkomen.
v
Gebruik het product niet terwijl het wordt opgeladen.
v
Deze veiligheidsaanwijzingen gelden alleen voor Li-ion accu’s van het
POWER FOR ALL-systeem PBA 18V.
v
Gebruik de accu alleen in producten van de fabrikanten van het
POWER FOR ALL-systeem.
Alleen zo wordt de accu beschermd tegen gevaarlijke overbelasting.
v
Laad de accu’s alleen op met acculaders die door de fabrikant worden
aanbevolen. Een acculader die voor een bepaald soort accu geschikt is kan
in brand vliegen, wanneer er andere accu’s op worden aangesloten.
v
De accu wordt gedeeltelijk opgeladen geleverd.
Om de volledige capaciteit van de accu te waarborgen, dient u de accu vóór
het eerste gebruik volledig in de acculader op te laden.
v
Berg accu’s buiten de reikwijdte van kinderen op.
v
Open de accu niet. Er bestaat een risico op kortsluiting.
v
Bij beschadiging en onvakkundig gebruik van de accu kunnen dampen
vrijkomen. De accu kan in brand vliegen of exploderen.
Zorg voor frisse lucht en raadpleeg een arts bij klachten. De dampen kunnen
de luchtwegen prikkelen.
v
Bij verkeerd gebruik of een beschadigde accu kan brandbare vloeistof
uit de accu lekken. Voorkom contact hiermee. Bij toevallig contact
met water afspoelen. Wanneer de vloeistof in de ogen komt, moet
u bovendien een arts raadplegen.
Weglekkende accuvloeistof kan leiden tot huidirritaties of brandwonden.
v
Wanneer de accu defect is kan vloeistof weglekken en aangrenzende
voorwerpen bevochtigen. Controleer desbetreffende onderdelen.
Reinig deze of vervang ze indien nodig.
v
Sluit de accu niet kort. Houd de niet-gebruikte accu uit de buurt van
paperclips, munten, sleutels, spijkers, schroeven of andere kleine
metalen voorwerpen die een overbrugging van de contacten zouden
kunnen veroorzaken. Kortsluiting tussen de accucontacten kan brandwon-
den of brand tot gevolg hebben.
v
Door spitse voorwerpen zoals bijv. spijkers of een schroevendraaier of
door externe krachtinwerking kan de accu beschadigd raken.
Er kan kortsluiting ontstaan en de accu kan in brand vliegen, gaan roken of
exploderen of oververhit raken.
v
Pleeg nooit onderhoud aan beschadigde accu’s. Elk onderhoud van
accu’s dient te worden uitgevoerd door de fabrikant of een gevolmachtigde
klantenservicedienst.
v
Bescherm de accu tegen hitte, bijv. ook tegen langdurige
zoninstraling, vuur, vuil, water en vocht.
Er bestaat explosie- en kortsluitgevaar.
v
Gebruik en bewaar de accu alleen bij een omgevingstemperatuur
tussen – 20 °C en + 50 °C.
Laat de accu bijv. ’s zomers niet in de auto liggen. Bij temperaturen < 0 °C
kan zich apparaatspecifiek een beperking van de capaciteit voordoen.
14700-20.960.01.indd 19
19.08.20 10:08