NL
4
48
INSTALLATIE
Boren in de wand en bevestigen van de beugels
11a
1
1
2
2
140
11
12a
164 164
788
540
450
140
X
1÷2
7.2.1
Teken op de wand:
• Een verticale lijn tot het plafond of tot de bovenste grens in het midden van de zone waar de
afzuigkap moet worden gemonteerd;
• Een horizontale lijn op min. 788 mm afstand van het kookvlak.
• Teken een punt
(1)
op de horizontale lijn op 164 mm rechts van de verticale referentielijn.
• Herhaal deze handeling aan de andere kant en controleer de uitlijning.
• Teken, zoals aangegeven, een referentiepunt
(2)
op 140 mm afstand van de verticale referen-
tielijn en 540 mm boven het kookvlak.
• Herhaal deze handeling aan de andere kant en controleer de uitlijning.
• Boor gaten van ø 12 mm op de plaats van de getekende punten
(1)
.
• Boor gaten van ø 8 mm op de plaats van de getekende punten
(2).
• Plaats de pluggen met de beugel
11a
in de gaten (
1)
en draai ze aan.
• Plaats de plug
11
in de gaten
(2)
.
• Plaats de beugel
7.2.1
op 1-2 mm afstand van het plafond of van de bovenste grens, zoals
aangegeven, en lijn er het midden (inkepingen) van uit op de verticale referentielijn.
• Kruis het midden van de gaten van de beugel aan.
• Plaats de beugel
7.2.1
X mm onder de eerste beugel (X = hoogte standaard bijgeleverde bo-
venste schouw), zoals aangegeven,
en lijn er het midden (inkepingen) van uit op de verticale
referentielijn.
• Kruis het midden van de gaten van de beugel aan.
• Boor gaten van ø 8 mm op de plaats van de aangekruiste punten.
• Plaats de pluggen
11
in de gaten.
• Bevestig de beugels met de bijgeleverde schroeven
12a
(4,2 x 44,4).