GEBRUIKSVOORZORGEN
Sluit het apparaat enkel aan op wisselstroom van 220-
240 volt (leef de aanwijzingen van het typeplaatje na).
Zorg dat de ventilator steeds op een effen, droog en
stabiel oppervlak staat om omvallen te voorkomen.
Zorg vóór inbedrijfstelling dat het apparaat volledig en juist
is gemonteerd.
Gebruik het apparaat nooit als het beschermrooster
niet is geïnstalleerd in overeenstemming met de
gebruiksaanwijzingen.
Laat het apparaat niet aanstaan zonder toezicht.
Schakel het apparaat uit bij lange afwezigheid.
Draai de ventilator nooit naar iemand die ziek is of
slaapt.
Blokkeer nooit de luchtin- en uitlaten en bedek het
apparaat nooit om het risico van oververhitting en brand
te voorkomen.
Steek nooit uw vingers, potloden, paperclips of andere
voorwerpen door het beschermrooster.
Plaats het apparaat niet vlak bij een hete kachel of
radiator.
Trek steeds de stekker uit voordat u het apparaat reinigt.
Schakel eerst het apparaat uit voordat u de stekker
uittrekt.
Demonteer het beschermrooster niet om het apparaat te
reinigen.
Schakel steeds het apparaat uit om het te reinigen of op
te bergen en trek de stekker uit het stopcontact als het
apparaat gedurende een zekere tijd niet wordt gebruikt. Trek
nooit aan het stroomsnoer om de stekker uit te trekken maar
neem hiervoor de stekker zelf vast.
Trek steeds de stekker van het apparaat uit om het te
verplaatsen.
Spuit geen producten in de richting van de ventilator
(insecticide).
65
64
