6
-
Door op de Mode (wijze) knop te drukken selecteert u een wijze van ventilatie; naast de
wijze van ventileren kunt u met de ‘speed’-knop ook de snelheid instellen.
Normal (normaal)
– geeft een gewone, constante ‘wind’
Natural (natuurlijk)
– geeft een natuurlijke, onregelmatige ‘wind’
Sleep (slaap)
– geeft een natuurlijke, onregelmatige wind die ongeacht de
ingestelde ventilatorsnelheid na een half uur overgaat op lage snelheid.
-
Door op de
Swing
(zwenk) knop te drukken laat u de uitgeblazen ‘wind’ horizontaal van
links naar rechts zwenken; het bijbehorende lampje brandt. Nogmaals drukken schakelt
de functie weer uit. Door handmatig de horizontale lamellen bij te stellen, kunt u de
uitblaasrichting vertikaal aanpassen.
-
Door tijdens de werking op de
Humidify
(bevochting) knop te drukken,
schakelt u de bevochtiging in; het bijbehorende lampje zal gaan
branden. Nogmaals drukken schakelt de functie weer uit.
-
Door op de
Ion
(ion) knop te drukken start u de anion-generator; het
bijbehorende lampje zal gaan branden. Nogmaals drukken schakelt de
functie weer uit.
-
Door tijdens de werking op de
Timer
(tijdklok) knop te drukken stelt u
een gewenste werkduur in: met elke druk op de knop een half uur meer,
tot max. 7,5 uur. Nogmaals drukken schakelt de functie weer uit. De
brandende lampjes tonen de ingestelde tijd.
Afstandbediening:
Plaats 2 AAA-batterijen in het vakje achterin de afstandsbediening. Nu kunt
u het apparaat bedienen vanaf max. 6 meter afstand. De knoppen op de
afstandsbediening komen overeen met die op het bedieningspaneel. De
ontvanger zit linksboven op het bedieningspaneel; richt het signaal van de
afstandsbediening daar altijd op.
Wanneer u het apparaat langere tijd niet gebruikt, de batterijen verwijderen.
Schoonmaak en Onderhoud
Schakel voor schoonmaak- of onderhoudswerk het apparaat uit en neem de stekker uit het
stopcontact.
Neem de buitenzijde van het apparaat regelmatig af met een droge of goed-
uitgewrongen vochtige doek. Gebruik geen scherpe zeep, sprays, schoonmaak- of
schuurmiddelen, was, glansmiddelen of enige chemische oplossing. Zorg ervoor dat het
bedieningspaneel niet nat wordt.
Zuig met de stofzuiger voorzichtig stof en vuil uit de roosters en controleer of de
luchtinlaat- en uitblaasopeningen schoon zijn. Let erop tijdens het schoonmaken op
geen inwendige onderdelen aan te raken c.q. te beschadigen!
Om geurtjes te voorkomen en een goede werking te verzekeren dient het apparaat
inwendig tweewekelijks schoon te worden gemaakt.Verwijder het voorpaneel door de
onderste twee bevestigingspennen los te wrikken en het paneel nu opwaarts uit de 2
bovenste bevestigingspunten te tillen. Neem het filter en het honingraatfilter uit het
apparaat.
Was het filter in warm water met een mild schoonmaakmiddel en evt. een zachte borstel.
Spoel het na met schoon water en laat het drogen.
Was het honingraatfilter met schoon water en evt. een zachte borstel schoon. Laat het
drogen.
Ledig de watertank en maak hem schoon met water, een mild schoonmaakmiddel en
evt. een zachte borstel. Spoel hem na met schoon water en laat hem drogen.