5
Plaatsen
Bij het plaatsen en installeren is het belangrijk rekening te houden met de situatie
in de ruimte.
1.
Plaats de insectendoder centraal in de kamer; dan kan het ultraviolette licht
zich verspreiden en de insecten uit de hele ruimte aantrekken.
2.
Plaats de insectendoder tegen een muur of in een hoek wanneer de ruimte niet
al te groot is.
3.
De beste hoogte voor de insectendoder is 1,5 tot 2 meter hoog, de meest
gangbare vlieghoogte voor insecten. Speciaal voor muggen kunt u hem wat
lager hangen, op ongeveer een meter hoogte.
4.
De insectendoder kan worden opgehangen aan een ketting of worden neergezet
op bijv. een tafel of kast. Zorg voor een stabiele ondergrond!
5.
Installeer uw insectendoder op een relatief donkere plaats: niet in het directe
zonlicht (ramen, deuren), want zonlicht verzwakt de straling uit de vernietiger.
Kunstmatig licht verzwakt de straling niet. Tocht beïnvloedt de werking nadelig.
6.
Plaats de insectendoder niet in de tocht. Insecten mijden tocht/lucht
stromen. Het plaatsen van de insectendoder in de tochtstroom zal dus
niet effectief zijn.
Gebruik
Verwijder voor gebruik al het verpakkingsmateriaal en houd dit buitenbereik van
kinderen. Hang het apparaat op aan de daarvoor bedoelde ophangring of zet het
neer op een veilige, stabiele plaats. Hang het nooit op aan de elektriciteitskabel!
Wanneer u nu de stekker in het stopcontact steekt treedt het apparaat in werking.
Gebruik een 220-240V stopcontact. De elektrische installatie waar u het apparaat
op aansluit dient voorzien te zijn van een aardlekschakelaar. Om het apparaat uit te
schakelen neemt u de stekker uit het stopcontact. Wanneer u het apparaat wilt
verplaatsen, schoonmaken of er onderhoud aan wilt plegen dient u altijd eerst de
stekker uit het stopcontact te nemen!
Reiniging
Reinig apparaat en vooral ook het spanningsrooster
regelmatig. Niet regelmatig reinigen van het rooster
kan tot defecten leiden. Neem de stekker uit het
stopcontact voor u het apparaat reinigt. Eventuele
statische elektriciteit kunt u vervolgens ontladen door
het rooster met een geïsoleerde schroevendraaier aan
te raken. Verwijder wekelijks de dode insecten. Draai
daartoe de bodem met het opvangbakje open, maak
het bakje schoon en plaats het terug. Met een
borsteltje kunt u vervolgens het rooster en de lamp van
dode insecten ontdoen. Steek het borsteltje daartoe op
verschillende plaatsen door de kunststof omkasting.
direct
zonlich
hoogte ca. 2
meter