Als de functie is geactiveerd, knippert het
filterpictogram vijf keer.
4.
Als u de functie wilt deactiveren,
houdt u 3 seconden ingedrukt.
Als de functie is gedeactiveerd, knippert
het filterpictogram drie keer.
Als u de functie wilt resetten, houdt u
3 seconden ingedrukt.
4.
ONDERHOUD EN REINIGING
4.1
Opmerkingen over schoonmaken
Reinigings‐
middelen
Gebruik geen schurende reinigingsmiddelen en borstels.
Maak het oppervlak van het apparaat schoon met een zachte doek,
warm water en een mild reinigingsmiddel.
Na het koken kunnen sommige onderdelen van het apparaat heet
worden. Om vlekken te voorkomen moet het apparaat afkoelen en
worden gedroogd met een schone doek of keukenpapier.
Reinig vlekken met een mild reinigingsmiddel.
Houd de kap
schoon
Reinig het apparaat en smeer de filters elke maand. Reinig de bin‐
nen- en vetfilters zorgvuldig zodat er geen vet meer achterblijft. Ve‐
tophoping of andere resten kunnen brand veroorzaken.
Volg de instructies voor het reinigen van de accessoires wanneer
de filtermelding is ingeschakeld. Raadpleeg in het hoofdstuk "Da‐
gelijks gebruik" het gedeelte over "Filtermelding".
U kunt vetfilters ook in de afwasmachine wassen.
De vaatwasser moet op een lage temperatuur en een korte cyclus
worden ingesteld. De vetfilter kan verkleuren, maar dat heeft geen
invloed op de prestaties van het apparaat.
Koolstoffilter
De verzadigingstijd van de koolfilter varieert afhankelijk van het ty‐
pe koken en de regelmaat van het reinigen van de vetfilter.
4.2
De vetfilter reinigen
Filters worden gemonteerd met behulp
van clips en pennen aan de andere kant.
De filter reinigen:
1.
Trek aan het deksel om het te
openen.
1
2.
Druk op de handgreep van de
montageclip op het filterpaneel onder
de kap (1).
NEDERLANDS
97