Rev 0-21 11 19
Fabriqué en Chine
Page 46
1. Modus: « Mug »
2. Modus: « anion »
3. Modus: « oscillatie »
4. Modus: « Verkoeling »
5. Modus: « Ventilatie »
6. inschakelen/uitschakelen (on/oFF)
sluit het apparaat aan op de stroomvoor-
ziening. Het controlelampje
licht op
om aan te geven dat het apparaat is ver-
bonden met het netwerk.
druk op de knop
op het bedienings
-
paneel of op ON/OFF op de afstandsbe
-
diening om het apparaat te starten of te
stoppen. na het inschakelen, wordt het
indicatielampje blauw. Het apparaat
kan dan als volgt worden bediend:
knop
: selectie van ventilatorsnel-
heden. Bij elke ondersteuning wordt een
nieuwe snelheid geselecteerd volgens
de volgende cyclus: 1 = zwak, 2 = ge
-
middeld, 3 = sterk. Het controlelampje
dat overeenkomt met de geselecteerde
modus gaat branden op het bedienings
-
paneel.
knop
: activeer en deactiveer de
luchtscan (verticale raster). De bijbe
-
horende indicator op het bedieningspa
-
neel licht op wanneer scannen is inges-
chakeld.
knop
: activering van de water-
pomp en luchtbevochtiging (Modus: «
Verkoeling »).
BELANGRIJK: een luchtkoeler ver-
laagt de omgevingstemperatuur van
een kamer niet. Hij bevochtigt de
lucht en geeft een fris gevoel.
OPMERKING :
wanneer de modus «
Verkoeling » is geactiveerd, pompt de
pomp in de tank het water om het koe-
lerfilter te verzadigen. De lucht die door
het filter stroomt, is daarom gevuld met
water en geeft een fris gevoel. het ge-
voel van frisheid in de modus « Verkoe-
ling » hangt dus af van de relatieve
luchtvochtigheid.
Daarom zal, wanneer
de STERK-ventilatorsnelheid wordt
geselecteerd, bij het overschakelen
naar de modus « Verkoeling » de
snelheid automatisch gedurende 30
seconden dalen
tot ZWAK en zal de
geselecteerde snelheid weer operatio-
neel zijn.
sleutel
: de anion-modus active-
WERKING