324
5.4.1 Geïsoleerde adductie/
abductie
1. Realiseer de mechanische instellingen
voor de betreffende patiëntenmaten,
zoals beschreven onder punt 4.2.
2. Programmeer vervolgens de vaste posi-
ties voor de motors A (flexie/extensie) en
C (endo-/exorotatie) en de bewegings-
uitslag voor motor B (ab-/adductie) zoals
beschreven staat in paragraaf 5.1, in deze
volgorde:
• Programmeer vervolgens voor de
bewegingsrichting flexie/extensie
(motor A) de vaste positie waarin de
ab-/adductie moet worden uitgevoerd
en deactiveer dan de motor.
• Programmeer vervolgens voor de
bewegingsrichting endo-/exorotatie
(motor C), de vaste positie waarin de
ab-/adductie moet worden uitgevoerd
en deactiveer dan de motor.
• Programmeer tot slot de bewegings-
uitslag voor de ab-/adductie (motor B).
3. Sla de gerealiseerde instellingen op met
behulp van de knop
STOP
, breng de slede
met behulp van de knop
START
in de
startpositie, en start de behandeling door
nogmaals op de knop
START
te drukken.
Tip!
• Voor de zuivere adductie/abductie
moeten de motors C voor de rotatie
en A voor de flexie/extensie worden
uitgeschakeld.
• Nadat u de bewegingsuitslagen hebt
geprogrammeerd, kunt u de overige
programmaopties zoals pauze, snel-
heid enz. programmeren.
• De stopposities van de betreffende
motors kunnen ook met een gedeac-
tiveerde motor nog worden ingesteld.
5.4.2 Geïsoleerde endorotatie/
exorotatie
1. Realiseer de mechanische instellingen
voor de betreffende patiëntenmaten,
zoals beschreven onder punt 4.2.
2. Programmeer vervolgens de vaste posi-
ties voor de motors A (flexie/extensie) en
B (ab-/adductie) en de bewegingsuitslag
voor motor C (endo-/exorotatie) zoals
beschreven staat in paragraaf 5.1, in deze
volgorde:
• Programmeer vervolgens voor de be-
wegingsrichting flexie/extensie (motor
A) de vaste positie waarin de endo-/
exorotatie moet worden uitgevoerd en
deactiveer dan de motor.
• Programmeer vervolgens voor de be-
wegingsrichting ab-/adductie (motor
B) de vaste positie waarin de endo-/
exorotatie moet worden uitgevoerd en
deactiveer dan de motor.
• Programmeer tot slot de bewegings-
uitslag voor de endo-/exorotatie
(motor C).
3. Sla de gerealiseerde instellingen op met
behulp van de knop
STOP
, breng de slede
met behulp van de knop
START
in de
startpositie, en start de behandeling door
nogmaals op de knop
START
te drukken.
Tip!
• Voor de zuivere endo-/exorotatie
moeten de motors B voor de ab-/
adductie en A voor de flexie/extensie
worden uitgeschakeld.
• Nadat u de bewegingsuitslagen hebt
geprogrammeerd, kunt u de overige
programmaopties zoals pauze, snel-
heid enz. programmeren.
• De vaste stopposities van de betref-
fende motors kunnen ook met een
gedeactiveerde motor nog worden
ingesteld.
5.4 Toepassings-/programmeervoorbeelden
Summary of Contents for ARTROMOT S4
Page 344: ...342 ...
Page 345: ...343 ...