NEDERLANDS
99
• De lader is ontworpen voor de 230 V
stroomvoorziening van een woning. Probeer
de lader niet te gebruiken op een andere
spanning.
Dit geldt niet voor de 12V-lader.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES
Laders
De laders DCB100 en DCB105 werken met accu’s
van het type
10,8 V Li-Ion.
Deze laders hebben geen aanpassingen nodig en
zijn ontworpen voor een gemakkelijke bediening.
Oplaadprocedure (afb. [fi g.] 1)
1. Steek de acculader in een geschikt stopcontact
voordat u de accu erin plaatst.
2. Plaats de accu (a) in de acculader. Het rode
(oplaad-) lampje knippert continu om aan te
geven dat het oplaadproces is begonnen.
3. Het voltooien van het opladen wordt
aangegeven doordat het rode lampje continu
AAN blijft. De accu is volledig opgeladen en kan
nu worden gebruikt of in de acculader worden
gelaten.
OPMERKING:
U kunt maximale prestaties en
levensduur van Li-Ion-accu’s garanderen door de
accu’s volledig op te laden voordat u deze voor het
eerst in gebruik neemt.
Oplaadproces
Zie voor de oplaadstatus van de accu de
onderstaande tabel.
Oplaadstatus
bezig met opladen
– – – –
volledig
opgeladen
–––––––––––
hete/koude
accuvertraging
–– – –– –
vervang
accu
•••••••••••
Hete/koude accuvertraging
Als de oplader detecteert dat een accu te heet of
te koud is, begint deze automatisch met een hete/
koude accuvertraging, waarbij het opladen wordt
uitgesteld totdat de accu een geschikte temperatuur
heeft bereikt. De oplader schakelt vervolgens
automatisch naar de oplaadmodus voor de accu.
Deze functionaliteit verzekert u van maximale
levensduur van de accu.
UITSLUITEND LI-ION ACCU’S
Li-Ion accu’s zijn ontworpen met een elektronisch
beschermingssysteem dat de accu beschermt tegen
te lang opladen, oververhitting en bijna volledige
ontlading.
Het gereedschap schakelt automatisch uit als het
elektronische beschermingssysteem in werking
treedt. Als dit gebeurt, plaatst u de Li-Ion accu in de
lader totdat deze volledig is opgeladen.
Belangrijke veiligheidsinstructies
voor alle accu’s
Als u vervangende accu’s bestelt, zorg er dan voor
dat u het catalogusnummer en voltage vermeldt.
De accu is niet volledig opgeladen als deze
uit de verpakking komt. Voordat u de accu
en oplader gebruikt, dient u de onderstaande
veiligheidsinstructies te lezen. Volg vervolgens de
oplaadprocedures zoals die zijn uitgelegd.
LEES ALLE INSTRUCTIES
• Laad de accu niet op en gebruik deze niet
in een explosieve omgeving, zoals in de
nabijheid van ontvlambare vloeistoffen,
gassen of stof.
Wanneer u de accu plaatst in of
verwijdert uit de lader kan het stof of de damp
door een vonk vlamvatten.
•
Gebruik nooit geweld bij het plaatsen van
de accu in de lader. Wijzig de accu op geen
enkele manier als deze niet past in een lader
die niet geschikt is, omdat de accu kan
openbarsten waardoor ernstig persoonlijk
letsel kan ontstaan
.
• Laad de accu’s alleen op in D
E
WALT-laders.
• Spat NIET
met water en dompel de accu niet
onder in water of andere vloeistoffen.
• Gebruik of bewaar het gereedschap en de
accu niet op plaatsen waar de temperatuur
40 ˚C of meer kan bereiken (bijvoorbeeld in
een schuurtje of een metalen loods in de
zomer).
WAARSCHUWING:
Probeer nooit
om welke reden dan ook de accu te
openen. Als de behuizing van de accu
is gescheurd of beschadigd, zet de
accu dan niet in de lader. Klem een
accu niet vast, laat een accu niet vallen,
beschadig een accu niet. Gebruik een
accu of lader waar hard op is geslagen,
die is gevallen, waar overheen is
gereden of die op welke manier dan
ook is beschadigd (dat wil zeggen,
doorboord met een spijker, geraakt
met een hamer, vertrapt) niet. Een
elektrische schok of elektrocutie kan het
gevolg zijn. Breng beschadigde accu’s
terug naar het servicecentrum zodat ze
kunnen worden gerecycled.