80
10. Schakelvoorbeelden
a) Eenvoudige deuropener-schakeling
De noodstroomvoorziening beschikt over twee van elkaar onafhankelijke aansluit-/schakel-
kanalen. Let op het opschrift van de platine zodat u altijd het juiste kanaal gebruikt!
Als de toets voor de deuropener in
de woning wordt ingedrukt, wordt de
huisdeur elektromechanisch
ontgrendeld.
Deze basisfunctie is ook beschik-
baar wanneer de stroom uitvalt als
een loodaccu in de noodstroom-
voorziening wordt gebruikt en is op-
geladen.
Ì
Welke aansluiting (“N.C.” of “N.O.”) wordt gebruikt is afhankelijk van de gebruikte deur-
opener.
Deuropener met “Fail Safe”-functie: Wanneer er geen bedrijfsspanning verbonden is, is de
deuropener “open”, i.e. de deur kan worden geopend. Gebruik voor de aansluiting de
schroefklem “N.C.”.
Deuropener met “Fail Secure”-functie: Wanneer er geen bedrijfsspanning verbonden is, is
de deuropener “gesloten”, i.e. de deur kan
niet
worden geopend. Gebruik voor de
aansluiting de schroefklem “N.O.”.
Aan de schroefklemmen “Lo CONTROL” en “GND” (zie afbeelding boven) moeten de toetsen
voor de deuropener (standaard “N.O.”-toets, sluiter) worden aangesloten. Meerdere toetsen
kunnen parallel worden geschakeld.
Stel de steekbrug “Lo” van elk aansluit-/schakelkanaal in de stand “I”.
Via de draairegelaar “TIMER” van het bijhorend aansluit-/schakelkanaal kan de activerings-
duur van de deuropener in een bereik van 0,5 tot 25 seconden worden ingesteld.