![CIMCO 11 1406 Operating Instructions Manual Download Page 78](http://html1.mh-extra.com/html/cimco/11-1406/11-1406_operating-instructions-manual_2607181078.webp)
78
f) Contactloze spanningstest “nCV”
Zorg er voor dat alle meetbussen vrij zijn. Verwijder alle meetsnoeren
en adapters van het meetinstrument.
Deze functie dient uitsluitend als hulpmiddel. Voorafgaand aan het
uitvoeren van werkzaamheden aan (sterkstroom)kabels, dienen er
contactmetingen te worden uitgevoerd om er zeker van te zijn dat
deze niet meer onder spanning staan.
1. Schakel de DMM in en kies het meetbereik “NCV” met de draaiknop (5). Hierna verschijnt de
aanduiding “NCV” op het uitleesvenster (4).
2. Test deze functie vooraf op een bekende AC-spanningsbron.
3. Beweeg het meetinstrument met het sensorgebied (3) naar de plaats die moet worden getest op een
afstand van maximaal 5 mm. Bij in elkaar gedraaide aders wordt aanbevolen om een kabellengte van
ongeveer 20 tot 30 cm te controleren op spanning.
4. Als er een spanning wordt gedetecteerd, klinkt er een akoestisch signaal.
5. Schakel na het beëindigen van de meting de DMM uit. Zet de draaiknop (5) in de stand “OFF” (uit).
g) temperatuurmeting
Zorg er voor dat alle meetbussen vrij zijn. Verwijder alle meetsnoeren
en adapters van het meetinstrument.
Deze functie dient uitsluitend als hulpmiddel. Voorafgaand aan het
uitvoeren van werkzaamheden aan (sterkstroom)kabels, dienen er
contactmetingen te worden uitgevoerd om er zeker van te zijn dat
deze niet meer onder spanning staan.
1. Schakel de DMM in en kies het meetbereik “°C” met de draaiknop (5).
2. Verwijder alle meetsnoeren van het meetinstrument.
3. Sluit de meegeleverde temperatuursensor aan op de DMM en let daarbij op de juiste polariteit. De
pen TEMP (+) moet in de °C-bus (8) worden gestoken en de pen COM (-) van de sensor in de
COM-bus (9).
4. Nu kunnen met de sensorpunt temperaturen worden gemeten.
5. Het uitleesvenster geeft de temperatuur van de sensor weer. De eenheid van de gemeten waarde
is “!C”. Als er een “1” (aan de linkerkant van het uitleesvenster) verschijnt, wordt het meetbereik
overschreden of er is geen sensor aangesloten.
6. Verwijder na het meten de adapter en schakel de DMM uit. Zet de draaiknop (5) in de stand “OFF”
(uit).
Summary of Contents for 11 1406
Page 87: ...87...