55
54
NEDERLANDS
NEDERLANDS
Ontgrendelknop
Druk deze knop gedurende 2 seconden in om het apparaat te ontgrendelen.
Aan/uit- en temperatuurselectieknop
Druk kort op de aan/uit-knop om het apparaat in of uit te schakelen.
Houd deze knop ingedrukt om de eenheid van de temperatuurmeting te wijzigen tussen
Fahrenheit en Celsius.
Temperatuurverhogings-/verlagingsknop
Automatische vergrendeling
Het apparaat wordt na 20 seconden automatisch vergrendeld als de gebruiker geen knoppen
indrukt. Als het apparaat vergredeld is kunnen de omhoog/omlaag-knoppen niet worden
gebruikt, maar de ontgrendelings- en aan/uit-knoppen kunnen wel worden gebruikt.
Automatische uitschakeling van het licht
Na 10 minuten inactiviteit gaat het licht automatisch uit.
Instelbaar bereik
Minimumwaarde: 5 ºC/41 ºF
Maximale waarde: 18 ºC/ 64 ºF
Weergavebereik
Weergavebereik van de temperatuur op het bedieningspaneel: 0~37 ºC/32~99 ºF
Het scherm toont de door de temperatuursensor gemeten temperatuur bij ±1°C (als de
gebruiker Celsius als temperatuureenheid heeft gekozen) en ±2°F (als het Fahrenheit is) van
de ingestelde temperatuur.
Foutmelding
EE: EE” wordt weergegeven wanneer de temperatuursensor wordt kortgesloten en
losgekoppeld. Het zal knipperen en de koeling zal stoppen.
LL: Wanneer de temperatuursensor een temperatuur onder 0°C voelt, zal “LL” knipperen op
het scherm en zal de koeling stoppen.
HH: Wanneer de temperatuursensor een temperatuur boven 37°C voelt, zal “HH” knipperen op
het scherm en zal de koeling stoppen.
5. SCHOONMAAK EN ONDERHOUD
Trek de stekker van het toestel uit het stopcontact en laat het volledig afkoelen voordat u het
schoonmaakt.
Gebruik een zachte en vochtige doek om het oppervlak van het toestel schoon te maken.
Dompel het toestel nooit onder in water of andere vloeistoffen.
Gebruik geen schurende sponzen, poeders of schoonmaakproducten om het product te
reinigen.
6. PROBLEEMOPLOSSING
Probleem
Mogelijke oorzaak
Het apparaat werkt niet
Controleer of het apparaat is aangesloten.
De schakelaar is kortgesloten of er is een zekering
doorgebrand.
Het gaat vaak aan en uit.
De omgevingstemperatuur is te hoog.
Het apparaat is te vol.
De deur gaat vaak open.
De deur is niet goed dicht.
De temperatuurregeling is niet in de juiste stand.
De deurafdichting sluit niet goed af.
Het apparaat staat te dicht bij muren of andere objecten.
Het toestel trilt.
Zorg ervoor dat u het toestel op een stabiel en vlak
oppervlak plaatst.
Het apparaat maakt veel
lawaai.
Het geluid kan worden veroorzaakt door de stroming van
de koelvloeistof, wat volkomen normaal is.
Elke keer dat een cyclus eindigt, hoort u een geluid dat
wordt veroorzaakt door het stromen van koelvloeistof in
uw toestel.
Zorg ervoor dat u het toestel op een stabiel en vlak
oppervlak plaatst.
Het krimpen en uitzetten van de binnenmuren kan geluid
veroorzaken.
De deur sluit niet goed.
Zorg ervoor dat u het toestel op een stabiel en vlak
oppervlak plaatst.
Het reservoir is niet correct geïnstalleerd.
De deurafdichting is vuil of gebogen.
De planken, vakken of rekken zijn niet op hun plaats.
Er zijn druppels of een ijslaag
ontstaan.
Schakel het apparaat gedurende 30-40 minuten uit en
verwijder het overtollige water.
Summary of Contents for 02340
Page 35: ...69 68...