39
NL
3�
GEBRUIK VAN DE WISSELSTROOMOMVORMER
3�1
OPSTELLING VAN HET APPARAAT
De plaats, waar het apparaat wordt opgesteld, moet aan de volgende
voorwaarden voldoen:
A� Droog:
Het apparaat mag niet met druppelend of opspattend water in
contact komen�
B� Koel:
De omgevingstemperatuur dient tussen de 0 °C en 40 °C – idealiter
tussen de 15 °C en 25 °C – te liggen� Gebruik de wisselstroomomvormer
niet in de buurt van verwarmingsapparatuur of andere apparaten
die warmte boven de kamertemperatuur afgeven� Gebruik de
wisselstroomomvormer niet onnodig in direct zonlicht�
C� Geventileerd:
Houd rondom het apparaat een afstand van minimaal
2,5 cm tot alle overige voorwerpen en oppervlakken aan om de ventilatie
niet te belemmeren� Plaats tijdens het gebruik geen voorwerpen op of over
de wisselstroomomvormer� Let erop dat de lucht in de omgeving van het
apparaat vrij kan circuleren� Als de wisselstroomomvormer met maximaal
vermogen wordt gebruikt, kan een ventilator handig zijn�
D� Veilig:
Gebruik de wisselstroomomvormer niet in dezelfde gesloten ruimte,
waarin zich de accu’s bevinden, en niet in ruimten, waarin ontvlambare
vloeistoffen of dampen aanwezig zijn of kunnen optreden�
E� Stofvrij:
Gebruik de wisselstroomomvormer niet in een stoffige omgeving�
Het stof zou bij draaiende ventilator in het apparaat gezogen kunnen
worden�
F� In de buurt van de accu’s:
Voorkom onnodig lange kabels� Gebruik de
wisselstroomomvormer niet in dezelfde gesloten ruimte als de accu’s�
3�2
GEBRUIKSSTAND VAN DE WISSELSTROOMOMVORMER
De wisselstroomomvormer kan horizontaal op of onder een horizontaal
oppervlak worden gebruikt� De wisselstroomomvormer mag op een verticaal
oppervlak alleen horizontaal worden gemonteerd�
3�3
AANSLUITING VAN HET APPARAAT
3�3�1 Selectie van de spanningsbron – de spanningsvoorziening moet plaatsvinden
door een of meerdere accu’s of via de aansluiting voor de sigarettenaansteker
in een voertuig�
3�3�2 Verbind de wisselstroomomvormer met de spanningsvoorziening� Zet de
schakelaars (op de wisselstroomomvormer en apparaten) in de stand UIT�
a) Maak verbinding met de accu: Verbind de accukabel met de gelijk-
spanningsklemmen aan de achterkant van de wisselstroom omvormer�
De rode klem is de pluspool (+) en de zwarte klem is de minpool (–)
(82292/82293/82294)�
b) Voor de voeding via de aansluiting van de sigarettenaansteker in een
voertuig steekt u de betreffende stekker in deze aansluiting (82291)�
Carbest
Power Inverter
82291/82292/82293/82294