• Het apparaatmodel.
• Het serienummer.
NL
70
PROBLEMEN OPLOSSEN
OORZAAK
PROBLEEM
OPLOSSING
Het licht in de koelkast
brandt niet.
De koelkast en de diepvriezer koelen
onvoldoende.
Het voedsel in de koelkast bevriest.
• Geen elektriciteit.
• Deurschakelaar is geblokkeerd.
• De deuren zijn niet gesloten.
• De deuren worden vaak geopend
• Verkeerde temperatuurinstelling.
• Er zijn teveel voedingsmiddelen in de
koelkast en de diepvriezer.
• De omgevingstemperatuur is te laag.
• Geen elektrische stroom.
• Het netsnoer zit niet juist in het stopcontact.
• Controleer of het apparaat uitgeschakeld is.
(zie Temperatuurinstelling).
• Zorg ervoor dat er stroom aanwezig is in het huis.
• Controleer dat deze actief is.
Het ingevroren voedsel is aan het
ontdooien.
• Het bereik van de omgevingstemperatuur is lager dan
de klimaatklasse van het product.
De compressor start zelden
• De deur van de diepvriezer is niet gesloten.
• Verplaats het apparaat naar een warmere ruimte of
verwarm de de kamer.
• Zorg ervoor dat de deur gesloten is en dat de afdichting
correct afsluit.
De motor draait voortdurend.
• De deuren zijn niet gesloten.
• De deuren worden vaak geopend.
• De omgevingstemperatuur is zeer hoog.
• Ijsdikte meer dan 3 mm.
• Zorg ervoor dat de deur gesloten is en dat de afdichting
correct afsluit.
• Vermijd het onnodige openen gedurende een zekere
periode.
• Controleer dat de omgevingstemperatuur in
overeenkomst is met de specificaties op het typeplaatje
(zie Installatie).
• Stel het display/de thermostaat in op een warmere
temperatuur.
• Ontdooi het apparaat (zie Ontdooien).
Aanwezigheid van water in de groentelade.
• Gebrek aan luchtcirculatie.
• Groenten en fruit met teveel vocht.
• Controleer dat er op het glazen plateau geen voedsel is
geplaatst dat de luchtcirculatie verhindert.
• Verpak het fruit en de groenten in plastic materialen zoals
bijvoorbeeld folie, zakjes of containers.
Aanwezigheid van druppels of water op de
achterwand van de koelkast.
• Normale werking van de koelkast.
• Het is geen defect (zie Ontdooien).
De onderkant van het koelcompartiment
is nat of er zijn druppels aanwezig.
De afvoerbuis zou verstopt kunnen zijn.
• Reinig de afvoerbuis met een stok of iets dergelijks om
de afvoer van water mogelijk te maken
• Verkeerde temperatuurinstelling.
• Voedsel in contact met de achterwand.
• Het invriezen van teveel vers voedsel kan de verlaging
van de temperatuur van de koelkast veroorzaken
• Controleer de temperatuurinstelling (zie
Temperatuurinstelling) en, indien mogelijk, verlaag de
temperatuurinstelling.
• Verwijder het voedsel van de achterwand van de
koelkast.
• Overschrijd de maximale hoeveelheid in te vriezen
voedsel niet (zie Invriezen).
WI-FI lamp knippert 3 sec aan - 1 sec uit.
• Router uit.
• Geen verbinding.
• Schakel de router in.
• Reset het product (zie WI-FI)
• Controleer dat de deur en dichtingen juist
afsluiten.
• Vermijd het onnodig openen van de deuren gedurende
een tijdsperiode.
• Controleer de temperatuurinstelling en, indien mogelijk,
koel nog meer (zie Temperatuurinstelling).
• Wacht voor de stabilisatie van de temperatuur van de
koelkast of diepvriezer.
• Controleer dat de omgevingstemperatuur in
overeenkomst is met de specificaties op het typeplaatje
(zie Installatie).
• Het netsnoer zit niet juist in het stopcontact.
• Controleer of het apparaat uitgeschakeld is (zie
Temperatuurinstelling).
• Vergewis u ervan dat er stroom is in de woning.
ALS U HET PROBLEEM NIET HEBT OPGELOST, NEEM CONTACT OP MET HET SERVICECENTRUM. VERMELD DE AARD VAN DE STORING
EN DE INFORMATIE OP HET TYPEPLAATJE BINNENIN HET KOELGEDEELTE:
1