84
| Nederlands
1 609 929 S13 | (28.1.09)
Bosch Power Tools
Ingebruikneming
f
Let op de netspanning! De spanning van de
stroombron moet overeenkomen met de ge-
gevens op het typeplaatje van het elektri-
sche gereedschap. Met 230 V aangeduide
elektrische gereedschappen kunnen ook
met 220 V worden gebruikt.
In- en uitschakelen
Als u het elektrische gereedschap wilt
inschake-
len
bedient u
eerst
de inschakelblokkering
1
en
drukt u
vervolgens
de aan/uit-schakelaar
2
in en
houdt u deze ingedrukt.
Als u het elektrische gereedschap wilt
uitscha-
kelen
laat u de aan-/uitschakelaar
2
los.
Opmerking:
Om veiligheidsredenen kan de
aan-/uitschakelaar
2
van de machine niet wor-
den vergrendeld, maar moet deze tijdens het
gebruik voortdurend ingedrukt blijven.
Tips voor de werkzaamheden
Bescherm de zaagbladen tegen schokken en
stoten.
Geleid het elektrische gereedschap gelijkmatig
en licht duwend in de zaagrichting. Te sterk du-
wen vermindert de levensduur van de inzetge-
reedschappen aanzienlijk en kan het elektrische
gereedschap schaden.
De zaagcapaciteit en de zaagkwaliteit zijn in be-
langrijke mate afhankelijk van de toestand en de
tandvorm van het zaagblad. Gebruik daarom al-
leen scherpe en voor het te bewerken materiaal
geschikte zaagbladen.
Hout zagen
De juiste keuze van het zaagblad is afhankelijk
van de houtsoort en houtkwaliteit en van de
vraag of er moet worden geschulpt of afgekort.
Bij het in de lengte zagen van vurenhout ont-
staan lange, spiraalvormige spanen.
Beuken- en eikenhoutstof is bijzonder gevaarlijk
voor de gezondheid. Werk daarom alleen met
stofafzuiging.
Zagen met parallelgeleider (zie afbeelding H)
Met de parallelgeleider
10
kunt u nauwkeurig za-
gen langs een werkstukrand en stroken op de-
zelfde maat zagen.
Draai de vleugelschroef
8
los en schuif de
schaalverdeling van de parallelgeleider
10
door
de geleiding in de voetplaat
12
. Stel de gewens-
te zaagbreedte als schaalverdelingswaarde bij
de desbetreffende zaagmarkering
29
of
28
in,
zie het gedeelte „Zaagmarkeringen”. Draai de
vleugelschroef
8
weer vast.
Zagen met hulpgeleider (zie afbeelding I)
Voor het bewerken van grote werkstukken of het
zagen van rechte randen kunt u een plank of een
plint als hulpgeleider op het werkstuk bevesti-
gen en de cirkelzaag met de voetplaat langs de
hulpgeleider bewegen.
Zagen met geleidingsrail
(zie afbeeldingen J – L)
Met de geleidingsrail
31
kunt u in een rechte lijn
zagen.
De hechtlaag voorkomt wegglijden van de gelei-
dingsrail en beschermt het werkstukoppervlak.
De geleidingsrail
31
kan verlengd worden. Draai
daarvoor de geleidingsrail
31
180° en steek de
beide geleidingsrails
31
vast. Druk op de knop
32
om te vergrendelen. Voor de demontage
drukt u op de toets
32
aan de andere zijde en
trekt u de geleidingsrails
31
uit elkaar.
De geleidingsrail
31
heeft aan de bovenzijde
twee markeringen. De zijde met de markering
„90°” gebruikt u voor haaks zagen, de zijde met
de markering „45°” gebruikt u voor het zagen
van verstek onder ander hoeken.
De rubber rand langs de geleidingsrail biedt bij
het zagen onder een hoek van 90° en 45° een
antisplinterbeveiliging die bij het zagen van
houtmaterialen uitsplinteren van het oppervlak
voorkomt.
De rubber lip wordt bij de eerste keer zagen aan
uw cirkelzaag aangepast en wordt daarbij iets
afgezaagd.
Opmerking:
De geleidingsrail
31
moet aan de
aan te zagen kant van het werkstuk altijd vlak te-
gen het werkstuk liggen en mag niet uitsteken.
OBJ_BUCH-841-004.book Page 84 Wednesday, January 28, 2009 11:24 AM