20
NL
WERKING - Voor het eerste gebruik
1. Haal het apparaat uit de verpakking en verwijder alle verpakkingsonderdelen.
2. Reinig het apparaat en de losse onderdelen om eventuele resten van het fabricageproces te verwijderen
(zie ‘Reiniging en onderhoud’).
3. Verwijder de kartonnen ondersteuningskaart.
LET OP:
• Gooi de kartonnen ondersteuningskaart niet weg, deze dient na gebruik weer teruggeplaatst te worden
(zie ‘Reiniging en onderhoud’).
WERKING - Functieknoppen
STOP (1):
Door deze knop tijdens gebruik in te drukken, wordt het vacumeer- of sealproces
direct gestopt.
PUMP (2):
Knop om een vacuümbewaardoos of vacuüm flesstop met behulp van de meegeleverde
slang te vacumeren.
MODE (3):
Knop om de optimale sealtijd in te stellen.
- De instelling „Dry“ (7) wordt gebruikt voor droge producten en levensmiddelen zonder
vocht. Deze producten hebben een kortere sealtijd nodig. Het indicatielampje „Dry“
(7) licht op.
- De instelling „Moist“ (8) wordt gebruikt voor producten die van binnen vochtig zijn
of vochtige levensmiddelen bevatten. Deze producten hebben een langere sealtijd
nodig. Het indicatielampje „Moist“ (8) licht op.
PRESSURE (4):
Knop om de optimale vacuümdruk in te stellen.
- De instelling „Normal“ (9) wordt gebruikt voor vaste en stevige levensmiddelen, die
een normale vacuümdruk aankunnen. Het controlelampje „Normal“ (9) licht op.
- De instelling „Gentle“ (10) wordt gebruikt voor zachte en drukgevoelige levensmiddelen;
waarbij een lagere druk wenselijk is. Het controlelampje „Gentle“ (10) licht op.
SEAL (5):
Knop voor het sealen van foliezakken of folierollen, zonder te vacumeren.
VACUUM SEAL (6): Knop voor het vacumeren en aansluitend automatisch sealen.
WERKING - Een zak van vacuümfolie sealen
1. Plaats het toestel op een vlakke en stabiele ondergrond en laat voldoende werkruimte rondom het toestel.
2. Steek de stekker in het stopcontact en controleer of de indicatielampjes oplichten.
3. Bereken de lengte van het zakje dat u nodig gaat hebben om het voedsel/object te verpakken. Neem de
lengte van het voedsel/object, voeg daarbij 8 cm en eventueel nog 2 cm extra indien u het zakje achteraf
opnieuw wil gebruiken. Als u het zakje meer dan 1 maal wil hergebruiken moeten u voor elke keer dat u
het zakje wil hergebruiken 2 cm bijvoegen. Knip met een schaar de juiste lengte van de folierol af.
4. Open de deksel (14) van het apparaat.
5. Leg één van de twee open kanten van het zakje op het aandrukrubber (18) van het geopende apparaat.
Het zakje moet niet in te vacuümkamer zelf gelegd worden.
6. Sluit de deksel (14) en druk deze aan beide kanten gelijktijdig naar beneden, totdat u aan beide kanten
een klik hoort. De deksel is dan goed door vergrendelknoppen (13) afgesloten.
7. Druk de SEAL knop (5) in om het zakje te sealen. Het indicatielampje knippert zodra het sealproces
beëindigd is.
8. Druk de vergrendelknoppen (13) in om de deksel te openen. De zak is nu aan één kant geseald en u kunt
de zak nu vullen.
WERKING - Vacumeren en sealen van een zak
1. Plaats het toestel op een vlakke en stabiele ondergrond en laat voldoende werkruimte rondom het toestel.
2. Steek de stekker in het stopcontact en controleer of de indicatielampjes oplichten.
3. Plaats het voedsel/object dat u wilt bewaren in het zakje, zorg ervoor dat het zakje 8 cm groter is dan het
voedsel/object dat u wilt bewaren.
4. Open de deksel (14) van het apparaat.
5. Plaats het open gedeelte van het zakje in de vacuümkamer (15), met de gladde kant van het zakje naar
boven. Zorg er voor dat de kant van het zakje dat op het aandrukrubber (18) rust volledig schoon is en vrij
van voedselresten. Het zakje moet zonder plooien strak worden gehouden.
6. Sluit de deksel (14) en druk deze aan beide kanten gelijktijdig naar beneden, totdat u aan beide kanten
een klik hoort. De deksel is dan goed door vergrendelknoppen (13) afgesloten
7. Kies, indien nodig, de gewenste instelling door op de MODE (3) en/of PRESSURE (4) knop te drukken.
8. Druk de VACUUM SEAL (6) knop in om het zakje te vacumeren en sealen. Het indicatielampje knippert
zodra het vacumeerproces beëindigd is.
9. Druk de vergrendelknoppen (13) in om de deksel te openen en controleer of het zakje goed dicht is.
